Op dezelfde wijze wordt de totale taaktijd vastgelegd.
Men laat den proefpersoon deze opdracht drie a vier keer uit
voeren, waarna van hem hetzelfde wordt gevorderd onder mede-
deeling, dat hem een sterke electrische schok zal treffen, wanneer
de tijd tusschen twee aanwijzingen een bepaald gemiddelde over
schrijdt.
De nerveuzen verraden zich nu door een verlenging van de
tijden.
De gezichtsscherpte en kleuronderscheiding kunnen met de
gebruikelijke optische tafels worden onderzocht; de nachtblindheid
wordt onderzocht met behulp van een kastvormig toeloopend
apparaat. De proefpersoon moet aan den eenen kant het hoofd in
het toestel steken, op zoodanige wijze, dat geen lichtstralen kunnen
binnendringen, terwijl aan het uiteinde van den koker belichte
gezichtsprikkels worden geboden.
Het optisch voorstellingsvermogen wordt onderzocht door het
bieden van gelijke prikkels, na gedurende een half uur met iets
anders te zijn bezig geweest. Dit experiment vormt dus tevens een
geheugenproef. Tevens zullen verschillende indrukken na elkaar
worden geboden, waaruit de proefpersoon de aan den eersten
indruk gelijke moet herkennen.
Met behulp van de over het proefvertrek verspreide geluidsprik
kels wordt de scherpte en de omvang van het gehoor onderzocht,
alsmede het vermogen tot het bepalen van geluidsrichting en
geluidsverschillen nagegaan.
Voor het schatten van snelheid en het remmen werd door
D r. Werner een apparaat geconstrueerd, dat oorspronkelijk
bestemd was voor het onderzoek van treinmachinisten maar dat
eveneens kan worden aangewend voor vliegeniers.
Dit apparaat bestaat uit een stellage van 2,25 M. lengte, waarin
drie rollende stalen banden zonder einde zijn ingebouwd.
Op den band bevinden zich een aantal witte, met cijfers nader
aangeduide teekens.
Deze band beweegt zich door middel van een motor, waarvan
de gang door een weerstand, snelheidsregelaar, kan worden ver
sneld of verlangzaamd. De beweging van den middelsten band
kan gecombineerd worden met een gelijkgerichte, of een tegenge-
richte beweging van den rechtschen band, waarbij de snelheden
der onderscheiden banden absoluut verschillend, maar verhou
dingsgewijs gelijk zijn.
Aan het apparaat bevindt zich een reminrichting met remcon-
tröle.
De remming geschiedt trapsgewijze; ieder onderdeel van de
remschaal vormt een snelheidstrap, zoodat de band dus eerst wan
neer de hefboom aan het einde der schaal is, tot stilstand komt.
Het gebruik van deze rem wordt geregistreerd door den rem-
487
