van het terrein, de weergestelheid, de plaats en de geoefendheid
van den waarnemer, afhankelijk van:
1. De grootte van het zoeklicht en de optredende lichtverliezen.
2. Den hoek, dien de as van den lichtbundel met de waarnemings
richting maakt.
3. De plaats van het doel in den lichtbundel met betrekking tot
de plaats van den waarnemer.
4. Den aard, de kleur en de grootte van het doel. 1
Verblinding en versluiering.
Zoeklichten kunnen behalve een lichtgevende ook een versluie
rende en verblindende werking uitoefenen.
De lichtbundel zelf is n. 1. ondoorzichtig en kan ter maskeering
van eigen troepen worden aangewend (Sperrlicht). Daarbij kan de
bundel stilstaan of zich tusschen bepaalde grenzen bewegen. Troe
penbewegingen zijn lastig door sperlicht te maskeeren. De lucht-
verkenning wordt door het sperlicht wel bemoeilijkt, maar aan den
anderen kant wordt het vliegen eenvoudiger, omdat het licht als
richtpunt kan worder genomen.
De verblindende werking van pen zoeklicht is het grootst, wan
neer de bundel vlug heen en weer wordt bewogen, zoodat men
een snellé afwisseling van licht en donker verkrijgt.
Gedragingen in het bundellicht.
Bewegingen van troepen in eigen of vijandelijk bundellicht zijn
verboden. Het is ondoelmatig een troep, waarop het licht
van een vijandelijk zoeklicht valt, te doen liggen. Dit mag
slechts geschieden, wanneer men den licht
bundel ziet naderen, en de troep zich dus
heefi kunnen neerleggen, vóórdat de bundel
op hem gericht is. Wordt men plotseling beschenen, dan
is roerloos stilstaan geboden, totdat het licht verdwenen is. Een
voorwaarts gaan, terwijl de bundel in den rug ligt is niet aan te
bevelen, daar de troepen tegen den lichten achtergrond zich dui
delijk afteekenen.
Blijkt het, dat de vijand de troepen ontdekt heeft, dan moet ver
der gehandeld -worden als bij daglicht. Stormtroepen mogen zich
door zoeklichtbelichting nooit laten ophouden en gaan zonder op
houden voorwaart0.
Opstelling.
Wat de opstelling van zoeklichten betreft, stelt het voorschrift
als eisch, dat het doel zoo gunstig mogelijk wordt belicht.
„M aszgebend fiir das Aufstellen aller Sc hei n-
werfer sind nur: Zweck, Gelande, höchste
Lichtwirkung. Diesen Grundbedingungen
Zie voor e.e a. de artikelen van den kapitein P. J. GraaftI.M.T. 1922
No. 10 en 1923 No. 2.
555