Bij de uitwerking van oils stelsel heeft men het volgende vod cogen te houden. In den tegenwoordigen toestand is de sterkte aan infanterie een minimum voor de handhaving van orde en rust in deze gewesten, üp Java bevindt zich niet meer infanterie dan noodig is voor een geregelde aflossing van de tioepen in de buitengewesten. Die sterkte wordt tevens nog voldoende geacht voor de verzekering van orde en rust op het hoofdeiland. Het is intusschen onze overtuiging, dat er in deze tijden voor dit doel geen man te veel aanwezig is, 0111 er het minste van te zeggen en over de toekomst nog te zwijgen. Deze infanterie op Java die dus onder geen omstandigheden voor vermindering vatbaar is omlijst met beroepskei nen van hulpwapens, het geheel aangevuld met de beschikbare militie, vormt twee bescheiden divisiën. De kosten van deze divisiën als orgaan te o-en den B. V. zijn de kosten van de omlijs ting. Want zonder die omlijsting is hare waarde naar buiten nihil. Men overwege dit wèl! En kome daarna, op den grondslag van de aangegeven beginselen, na gedegen studie, tot een harmonische samenstelling van de weermacht, waarin iedei der hoofddeelen de plaats inneemt, welke het logischerwijze toekomt en waarbij ons binnen het bereik der middelen waarover wij beschikken een maximum van veiligheid zal zijn verzekerd. 2. NAAR AANLEIDING VAN HET ARTIKEL: „HET PSYCHOTECHNISCH GESCHIKTHEIDSONDERZOEK VAN VLIEGENIERS door R. N. DE RUYTER VAN STEVENINCK. Het bovengenoemd artikel zal ongetwijfeld door iederen vliege nier met belangstelling zijn gelezen. Den schrijver zal men dank baar zijn voor de vele interessante gegevens welke hij verschaft en voor de nieuwe gezichtspunten welke hij opent. Maar daarnaast zal bij menigeen twijfel gerezen zijn omtrent de mate waarin al dat nieuwe bruikbaar zal zijn; een twijfel, wel licht gemengd met vrees, dat men de waarde van een medisch psychotechnisch onderzoek overschatten en als gevolg daarvan den militairen vliegdienst schaden zal. Zie 1. M. T. 1925 No. 8. 622

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1925 | | pagina 14