waarneming en verbinding. De behoeften aan vliegtuigen voor deze verschillende diensten zullen wisselend zijn. Er moet naar gestreefd worden in iedere vliegtuigafdeeling te beschikken over bemanningen die naar behoefte de verschillende soorten opdrach ten kunnen vervullen. Alleen voor zeer speciale opdrachten kan hiervan worden af geweken. 13. De volgende soorten toestellen komen in aanmerking voor gebruik als gevechtsvliegtuig: a. Voor het voeren van het offensieve luchtgevecht nabij de eigen voorste afdeelingen: eenpersoonstoestellen met de grootste vliegeigenschappen (eenpersoonsjagers). b. Voor het voeren van het offensieve luchtgevecht tot ver in het vijandelijk gebied: tweepersoonstoestellen met hooge vlieg eigenschappen (tweepersoonsjagers) c. Voor het beschermen van eigen vliegtuigen ver in het vijandelijk gebied: driepersoonstoestellen met groot defensief ver mogen (zwaar gevechtsvliegtuig). 14. Het is onjuist te trachten de eigen luchtactie te beschermen door gevechtsvliegtuigen en c. q. bombardementsvliegtuigen, ge heel los van de te beschermen luchtactie, rechtstreeks ter vernie tiging van de vijandelijke luchtstrijdkrachten in te zetten. 15. ue bescherming van waarnemingsvliegtuigen werkende na bij de eigen voorste afdeelingen geschiedt door patrouilles jagers, betrekkelijk los van de te beschermen vliegtuigen en op verschil lende hoogten optredende. Beveiliging van waarnemingsvliegtuigen en bombardements vliegtuigen verder in het vijandelijk gebied heeft plaats door het toevoegen van beschermingsvliegtuigen welke met hen in één ver band vliegen. In sommige gevallen kan men in verband vliegende meerper- soonstoestellen extra beveiligen door het toevoegen van patrouil- les jagers, die zich boven de te beschermen groep ophouden. 16. De bescherming van vaste gronddoelen tegen vijandelijke luchtactie geschiedt, behalve door luchtafweermiddelen op den grond, door op den grond beschikbaar te houden jagers. 17. Het bestrijden van 's vijands luchtwaarneming geschiedt: a. door patrouilles jagers op verschillende hoogten optredende even binnen de vijandelijke voorste afdeelingen; b. door patrouilles jagers uitgezonden langs geregeld door de vijandelijke waarnemingsvliegtuigen gebezigde routes; c. in enkele gevallen door op den grond beschikbaar gehouden jagers. 704

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1925 | | pagina 38