23. Alle vliegtuigverbanden behooren in staat te zijn tot snelle
verplaatsing en tot onmiddellijk in actie treden bij aankomst op
de nieuwe bestemming.
B. N e d e r 1 a n d s c h-i n d ië.
1. De organisatie en het gebruik van de luchtstrijdkrachten
van het N. 1. Leger moet zich aanpassen aan de taak van dat
leger, t. w. naast het handhaven van orde en rust het
beschermen van die punten, welke voor een belligerent in een con
flict waarin wij niet zijn betrokken, van zoo vitaal belang kunnen
zijn, dat een ernstige neutralitieitsschending tegen een of meer
dier punten dus een schending in den vorm van een aanval
daarop tot de mogelijkheden moet worden gerekend.
Zich verder tot Java bepalende, zal men zich het optreden van
het leger bij de bescherming van die punten niet zoo moeten
vooistellen, dat het daaraan van huis uit zou zijn gebonden. In
tegendeel, het leger op Java zal, vrij van die punten, zeer mobiel
moeten kunnen ageeren.
Ook uit een oogpunt van handhaving van orde en rust is het
reeds uitgesloten, dat in tijden van spanning het leger van meet
af aan aan die punten zou mogen worden gebonden.
2. Behalve voor de behoeften van het mobiele leger zijn
luchtstrijdkrachten noodig voor de rechtstreeksche beveiliging van
het vlootsteunpunt of van de vlootsteunpunten, wanneer er
meer dan één mochten zijn.
3. Voor de rechtstreeksche beveiliging van het vlootsteunpunt
(de vlootsteunpunten) komen een- en tweepersoons jagers in aan
merking.
4. Het ageerende leger heeft voor een mobiel optreden een
goed functioneerende luchtwaarnemingsdienst noodig.
In verband met het terrein waarin de actie waarschijn
lijk plaats zal hebben zal de artillerie een uitgebreid gebruik van
luchtwaarneming moeten maken.
De behoefte aan gevechtsvliegtuigen zal afhankelijk zijn van de
door den tegenstander mede te voeren luchtmacht.
In verband met den grooten onderlingen afstand van bruikbare
landingsterreinen zijn de gebruikelijke eenpersoonsgevechtsvlieg
tuigen, welke slechts een korten vliegduur toestaan, minder
geschikt.
Van bombardementsvliegtuigen zal, indien de vijand niet over
een sterke luchtmacht beschikt, zeer veel profijt verwacht kunnen
worden voor het tegengaan of bemoeilijken van een landing. Zij
zijn ook met voordeel te gebruiken voor het beheerschen van den
inwendigen toestand.
706