Ook het voorschrift omtrent het verplicht advies van den
Volksraad is ten aanzien van ontwerpen van ordonnanties
betreffende de in artikel 131, derde lid sub d en e R. R. ge
noemde onderwerpen voorloopig gehandhaafd.
IVe. De bepalingen in de Staatsregeling omtrent de begrooting
en geldleeningen, voor zoover de begrooting en het slot van
rekening betreffende, zullen voor de eerste maal worden toe
gepast op de begrooting en het slot van rekening betreffende
het dienstjaar, dat volgt op het jaar, waarin de naar de
voorschriften der nieuwe wet samengestelde Volksraad voor
het eerst bijeen komt, vermoedelijk dus op de begrooting voor
1928.
De ingrijpende wijzigingen, welke de Indische Staatsre
geling brengt ten aanzien van de wetgeving en de vaststelling
der begrooting, wachten dus nog op de verkiezing van het
College van gedelegeerden door den Volksraad, samengesteld
volgens de nieuwe bepalingen.
2. OVER OPLEIDING, EN SCHIETOPLEIDING IN HET
BIJZONDER,
door
C. GIEBEL.
Wanneer een schutter zijn geweer in den aanslag heeft gebracht,
tracht hij de vizierlijn met de richtlijn te doen samenvallen. Op het
moment, dat hij denkt, dat dit hem gelukt is, drukt hij door en het
schot gaat af. Óf hij nu werkelijk juist heeft gedacht, hangt af van
's mans geoefendheid in het richten. Wanneer we aannemen, dat
hij goed heeft gedacht en dus het geweer werkelijk gericht was,
zal het schot raak moeten zijn, behoudens de eigen spreiding van
het geweer, wanneer althans geen tijd is verloopen tusschen het
oogenblik van waarnemen van het samenvallen van vizier- en
richtlijn en het doordrukken. Dit kan evenwel nooit het geval zijn;
tusschen waarnemen en handelen verloopt altijd eenige tijd, dien
men reactietijd noemt. De duur van dezen reactietijd is in tallooze
proeven onderzocht. Bij de eenvoudigste experimenten werd den
proefpersoon opgedragen om op een knop te drukken, wanneer
hij zag, dat een lamp begon te branden. Voor deze zeer eenvoudige
handeling bleek de reactietijd in de gunstigste omstandigheden
1,10 a 115 seconde te bedragen. Ook heeft men proeven genomen,
waarbij zoowel het verschijnsel als de handeling ingewikkelder
werden gemaakt; bijv. eerst constateeren, welke kleur de lichtbron
had en naar gelang van deze kleur met de linker- dan wel met
734