T o e 1 i c h t i n g:
Waar normaa. de D. A. C. bij den D. C. zal staan is een tele
fonische verbinding tusschen die 2 autoriteiten niet aangegeven.
Uit fig. 1 zien we dadelijk, dat elke post langs 2 wegen te berei
ken is.
Is b. v. de lijn tusschen D. A. C. en G. A. C. II verbroken, dan
kunnen, zoolang deze lijn nog niet hersteld is, de beide posten
met elkaar spreken via G. A. C. I. of G. A. C. III. Door het aan
brengen van een sliplijntje tusschen beide toestellen in laatstge
noemde posten, kunnen de berichten van D. A. C. of omgekeerd
rechtstreeks worden overgeseind. Door de verbinding van de
G. A. Cn. onderling zijn zij in staat elkander rechtstreeks de
noodige gegevens te verstrekken, wanneer zij moeten samenwerken.
Heeft de D. A. C. een waarnemingspost uitgezet, die rechtstreeks
met hem verbonden is, dan verdient het aanbeveling om nog een
telefoonlijn tusschen den D. A. C. en een der G. A. Cn. (natuur
lijk den dichtsbijzijnde) aan te leggen. Deze lijn kan dan dienen
om den waarnemingspost in staat te stellen het vuur van één
der batterijen van het regiment rechtstreeks te leiden. Gewoonlijk
zal echter een rechtstreeksche verbinding tusschen D. A. C. en
waarnemingspost veel kabel vereischen. Teneinde zulks te voor
komen kan de post zich verbinden met den dichtsbijzijnden G. A. C.
Via de extra-lijn tusschen D. A. C. en één der G. A. Cn. kan de
post toch zijn verkenningsberichten rechtstreeks aan den D. A. C.
doen toekomen, zonder dat deze laatste één enkel oogenblik bui
ten verbinding met één van zijn G. A. Cn. behoeft te blijven.
Ook bij het net van de afdeeling (fig. 2) is verkregen, dat elke
post langs twee wegen te bereiken is.
De extra-lijn tusschen den Afd. C. en één der batterijen onderling
stelt den waarnemingspost in staat om het vuur van elke wille
keurige batterij te leiden. Afhankelijk van de omstandigheden
(hoeveelheid uit te leggen kabel) kan de waarnemingspost ver
bonden worden hetzij met de dichtsbijzijnde batterij, hetzij met
den Afd. C. zelf.
Het behoeft geen betoog, dat een net als boven aangegeven, met
aan het eind van elke verbinding een afzonderlijk toestel, een
groot aantal toestellen zal vereischen. Dit is echter niet noodzake
lijk, aangezien verschillende verbindingen toch niet doorloopend
gebruikt worden en dus min of meer reserve-verbindingen vormen,
zoodat voor zulke verbindingen een schakeling van twee of meer
lijnen op één toestel mogelijk wordt geacht. Bij voorkeur op één
toestel niet meer dan 2 lijnen te schakelen, aangezien anders van
den telefonist te veel geëischt zou worden.
Natuurlijk moet niet worden aangenomen, dat bovengenoemde
schets voor alle gevallen pasklaar is. Afhankelijk van de omstan
digheden zullen vaak één of meer verbindingen kunnen vervallen
762