Vonden voor de noodige voorbereic.ingen, welke aan een dergelijk optreden moeten voorafgaan. bovendien vereischt een dergelijke actie een zoo groot aantal vliegtuigen, dat veilig mag worden aangenomen, dat zij tot de zeer kritieke momenten zal worden beperkt. In verband met hetgeen vermeld werd omtrent de sterkte dei- te verwachten vijandelijke luchtstrijdkrachten, kan de conclusie worden getrokken, dat zoo dergelijke aanvallen al mochten plaats hebben, zij niet die demoraliseerende en vernietigende werking zullen hebben als in den wereldoorlog op het W. front. Aan den anderen kant zal de onvoldoende bescherming, welke van onze luchtverdedigingsmiddelen is te verwachten, dwingen om door doeltreffende dekkingsmaatregelen de beteekenis van dergelijke aanvallen tot een minimum te beperken. Vragen we ons verder af, wat wij in onze omstandigheden van de vijandelijke vliegerverkenningen zullen hebben te vreezen, dan zal men er zich in de eerste plaats rekenschap van moeten geven, dat in den bewegingsoorlog de vliegerverkenning minder tot haar recht komt dan onder omstandigheden, waarbij de wederzijdsche gevechtsfronten zijn vastgeloopen en de bewegingsoorlog de phase is ingetreden van den strijd op een gestabiliseerd front. Zoo zullen b. v. door de onzekere verbindingen de resultaten van de luchtverkenningen veel later ter kennis komen van de betrok ken troepenleiding, wat weer ten gevolge zal hebben, dat even tueel naar aanleiding hiervan uitgevaardigde taktische maatregelen voor de troepen op den grond, weer belangrijk later tot uitvoering zullen kunnen komen. Van bijzonder belang is dit bij de taktische luchtverkenningen (waarbij de art. verkenning en gevechtsverkenning), waarvan snelle resultaten verlangd worden en die door deze omstandigheid wezenlijk zullen worden vertraagd. Deze factor „tijd" biedt dus een goeden maatstaf voor de be oordeeling óf en zoo ja, welke tegenmaatregelen kunnen worden genomen. Het is verder duidelijk, dat wanneer het mogelijk zou zijn zich aan vijandelijke verkenning te onttrekken, tevens de doelobjecten voor een vijandelijken luchtaanval aan dien vijand zullen worden ontnomen, zoodat het zich onttrekken aan de verkenning dus van primair belang moet worden beschouwd. De hiervoor noodige maatregelen zullen gemakkelijker zijn te bewerkstelligen in die perioden, welke aan het gevecht voorafgaan. Zij wordt moeilijker gedurende de voorbereiding tot het gevecht, dus tijdens de ontplooiing, de ontwikkeling en gedurende het in nemen van de gereedstelling, o. a. omdat deze bewegingen aan bepaalde ruimten en als regel aan de dagperioden zijn gebonden. Zij is het moeilijkst gedurende het gevecht, wanneer de ge- 15

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 15