66 „(a) The necessity for a strategical reserve of both heavy and field artillery. (b) The allocation of equipments to formations based on the ranging powers of these equipments. (c) The selection of the Corps as the most suitable formation for counter battery control. (d) The selection of the Army for the control of guns with extremet ranges and best employed on strategical tasks. (e) And finally the necessity for centralisation of artillery command du ring preparations for, and initial stages of an attack, followed by decen tralisation according to existing requirements." Lt colonel F. A. Pile schrijft naar aanleiding van een vroeger in dit tijdschrift opgenomen artikel: „The staff officer in the air". Merkwaardig is daarin de volgende uitspraak: The Royal Air Force argues that in a two-seater machine the observer is "very much mis-named. He is not the observer but the gunner the defender of both the pilot and himself. It is the pilot who observes. It is far easier for the pilot to carry out this role, for he can guide the machi ne where he will, while the observer must go where he is taken, and though he can direct in a general sort of way, he is apt to be swept round out of view just at the moment when he is most anxious to see a particular part of the battle. A three-seater is now being experimented with. This has one supreme disadvantage, lt is cumbersome and therefore vulnerable. The Royal Air Force, therefore, considers that the most efficient results will be obtained by flying a two-seater machine and making the pilot responsible for observation." - Verder valt nog te vermelden „A marching problem' door lieuL G. L. Appleton, waarin de moeilijkheden worden uiteengezet welke zich voordoen bij het regelen der marschen vantroepenafdeelingen, waaibij zoowel voet gangers en ruiters als motorvoertuigen zijn ingedeeld. Voor jachtliefhebbers noemen we nog het artikel „Tiger shooting in Assam" door captain P. J K. Warren. Revue militaire franyaise. Octobre 1925. Generaal Camon geeft een artikel, getiteld: „Armee de couverture" waarin de taak van dergelijke legers wordt behandeld aan de hand van vooibeelden uit de Napoleontische oorlogen en uit den wereldoorlog (o.a. het geïmproviseerde D. Maasleger onder v. Emmich, dat zich van de Maasovergangen en van de vesting Luik moest meester maken). Een belangrijk artikel is voorts: „La campagne du genéral de Falkenhayn en Palestine (1917-19i8)" door commandant Larcher. Aan dit oorlogstooneel wordt door de D. geschiedschrijvers weinig aandacht besteed. Comm. Lar cher schrijft zijn studie aan de hand van de Turksche gegevens over deze legergroep, „Yilderim" genaamd. In dit eerste gedeelte van het artikel wordt de" nadruk gelegd op de zeer gebrekkige verbindingslijnen aan Turksche Z'capitaine Nachin besluit zijn artikel over den militairen schrijver Ardent du Picq. In „L'officier d'état-major" geeft de capitaine Damidaux lezenswaardige beschouwingen over de eigenschappen, welke een goed stafofficier moet bezitten. Nieuwe inzichten komen hierin niet voor, maar het is niettemin goed de oude waarheden van tijd tot tijd naar voren te schuiven. Commandant Dochemin schrijft een studie over „Poudies et explosifs (1914-1918)". In de „Nouvelles militaires de l'etranger" wordt een uittreksel gegeven uit een in een Turksch militair tijdschrift verschenen studie over den in 1919—1922 gevoerden krijg in Anatolië. Coast Artillery Journal. October 1925. We vestigen de aandacht op een vlot geschreven artikel van Major J. C. Haw over: „Antiaircraftdefence We vermelden hieruit:

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 66