genomen dat Zij in het geval van de vlootwet buiten de geschetste lijn zou zijn getreden, vindt hare beantwoording in de geschiedenis der sedert 1914 verloopen jaren en in het feit dat Struycken, van 1914 tot aan zijn dood in 1923, als staatsraad een zeer werkzaam aandeel had in de leiding onzer buitenlandsche aangelegenheden, zij het dan ook tot 1918 in uitsluitend raadgevenden zin. Bewijs, dat door ons land geen geheime overeenkomsten zijn gesloten of geheime afspraken gemaakt, is, strikt genomen, uiteraard nimmer te leveren. Maar tenzij men in het geschrift van staatsraad Struycken zou willen zien een opzettelijke camouflage van ons waar buitenlandsch beleid in een bepaald geval en wie zou dat durven bestaan? moet men, ook los van de aan wijzingen van strategischen aard welke in dezelfde richting gaan, wel tot het besluit komen, dat de Regeering, geheel v r ij van vreemden invloed, het vraagstuk der defensie van Indië tot een oplossing heeft trachten te brengen op de wijze welke wij kennen. Maar dan behouden beschouwingen daarover, met als praemisse dat de Regeering heeft te handelen en heeft gehandeld naar Haar vrij en volkomen zelfstandig inzicht, ook hare volle waarde. 9

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 9