verschillende gezaghebbende^ een fout waartegen niet ernstig genoeg kan worden gewaarschuwd. In het kort werd beoogd: de verdediging der steunpunten voor de vloot, Wladiwostok en P. A., voor laatstgenoemde plaats sa menvallende met de verhindering eener landing op het Z. W. deel van het Kwantungschiereiland, voorts de verhindering eener lan ding aan de kuststrook YinkouKaiping, prijsgeving van het overige kustgedeelte, bemoeilijking van den Japanschen opmarsch door Korea, een en ander ter verzekering van de con centratie van de hoofdmacht nabij Liaoyang. Eerst na verkregen overmacht zou de beslissing met de Japanners worden gezocht. Voor de vertraging van den in Korea gelanden vijand werd het O o s t-d etachement naar de Jaloe vooruitgeschoven. De troependeelen kwamen daar druppelsgewijze aan; op 17 Febr. overschreed de Cav. van Mischtchenko de rivier. De taak van het Oost-detachement werd zeer vergemakkelijkt door de gunstige ter reinsomstandigheden. Zoowel de wegen in Korea, als de Jaloe zelf en de passen in het Fenshuiling gebergte leenden zich bij uitstek voor vertraging van een oprukkenden vijand. Dat het doel intusschen niet bereikt werd, moet in de eerste plaats toegeschreven worden aan het feit, dat de strategische juiste grondgedachte: „tijdwinst zonder beslissend ge vecht" door het wankelmoedige Russ. Hoofdkwartier den Comdt van het Oost-detachement onvoldoende scherp was in geprent. Terwijl het Oost-detachement aan den West-oever van de Jaloe bleef, werd de Cav. Brig, in Korea belast met de strategische op heldering. Deze faalde geheel door gebrekkig optreden; slechts onvoldoende of foutieve berichten kwamen omtrent het le Japansche Leger binnen. Zeer ontijdig (2 April) kwam Mischtchenko op den W.-oever van de Jaloe terug. Van toen af gesteld onder het Oost-detache ment, werd de Cav. Brig, misbruikt voor observatie van het kust gedeelte Jaloe-mondingPitzewo en den bovenloop van de Jaloe tot Pyökdan. Een dergelijk gebruik van Cav. in een stadium, waarin opheldering allereerst vereischt was, kan niet sterk genoeg ver oordeeld worden. Noch door de Cav. Brig., noch door het Oost-detachement zelf was dus iets gedaan om den vijand in Korea op te houden, niette genstaande de goede gelegenheid daartoe als gevolg van de hier voren vermelde fouten aan Japansche zijde. Elk actief optreden ontbrak. Zelfs het detachement Asada werd niet teruggeslagen. De vaag gestelde opdracht, gepaard aan het feit, dat de comdt. van het Oost-detachement niet de geschikte persoon was voor een dergelijke taak, alsmede een serie van andere fou- 93

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 21