er o, a. terdege op letten, dat daar geen andere werkzaamheden dan alleen voor den lande verricht werden, d. i. dat het personeel den gouvernementstijd niet besteedde met clandestiene karreweitjes voor particulieren. En ook, dat geene gouvernements-materialen werden aangewend voor heimelijke leveranties aan de burgerij. Het voorbeeld van het vroegere Ambachtskwartier te Batavia en hetgeen daar geknceid werd, was ten dezen leerzaam. Nicolaus de Graaft verhaalt daarover in zijn Oostindise Spiegel: „Men moet sig bedroeven hoe wild alles toegaat, wat hout, „spijkers, ijzerwerk en andere dingen gaan er niet teniet? Hoe „menig manden spijkers worden daar niet gekadrait? Hoeveel „kosynen, Deurposten, Deuren en Vensters worden daar onder „de Lootse gemaakt en aan de Vrije Burgers-huisen geset? „Wat Kisten, Kasten en Kabinetten, met beeldwerk verciert, worden „daar niet ook gemaakt, en van de Compagnies bedienden „bearbeid en verder Het administratieve beheer van eene zoo gevarieerde inrichting leverde wel eens moeilijkheden op het kostte de Rekenkamer te Batavia niet zelden moeite om de noodige jaarlijksche opgaven en begrootingen in handen te krijgen. Zoo schreef onder het bestuur van den Gouverneur-Generaal v. d. Capellen de secretaris van den Raad van Finantiën, Bousquet, aan den inspecteur v. d. Graaff„Van het Militair Departement nog geen begrootingen de mannen van den Constructiewinkel zeggen op allestra taoe (wij weten er niets van). Bevredig mij toch met Z. Exc. en doe hem begrijpen dat, wanneer ik op de stukken van den Constructiewinkel zit te studeeren, ik onmogelijk nog het Journaal en het Grootboek kan behandelen. God en de Gouv. Generaal weten dat indien hartelijke liefde voor zijn persoon en lust om den wagen regt te houden in staat zijn om hetgeen aan kunde en bekwaamheid ontbreekt te suppleeren, het bij den Raad van Financiën het geval is maar dit was het geval bij Jozua ook, en evenwel zag Onze Lieve Heer dat hij er niet mee kon klaren, en daarom gaf hij hem het vermogen om de zon voor een poos aan den ketting te leggen." Tijdens de luimige secretaris dit schreef, was de boekhouding van den staat echter deerlijk in het achterschip geraakt. Er zou een tijd komen waarin het beheer van den Constructiewinkel aan de Comptabiliteit te Batavia minder hoofdbreken kostte, en het niet meer kon gebeuren dat directeur en magazijnmeester zich met een tra taoe (ook als „weet ik het" te interpreteeren)van een moeilijke verantwoording afmaakten. Tot zoover het historisch overzicht. Inderdaad was het administratief beheer van den A. C. W. later behoorlijker ingericht, in zooverre dat de uitgaven en inkomsten 149

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 13