1. Initiatief moet uitdrukking vinden in een doelbewuste han deling. 2. Met alle krachtsinspanning dient de leiding er voor te waken dat haar het initiatief niet door de tegenpartij wordt ontnomen. 3. Voor het ontwikkelen van initiatief is het geenszins noodza kelijk dat men de meerdere in getalsterkte is. 4. De staatkunde mag het initiatief van den veldheer niet aan banden leggen. Ad. 1. Het ligt voor de hand dat initiatief alleen dan uitzicht op succes belooft, indien de leiding weet wat zij wil; indien doelbewust wordt gehandeld. Alleen in dat geval worden'svijands handelingen ondergeschikt gemaakt aan de eigen voornemens bij een weifelend optreden, een hinken op twee gedachten, zullen resultaten uitblijven zooals uit het ondervolgende mag worden afgeleid. Als voorbeeld van een doelbewuste handeling mag zeker wel het optreden van de combinatie Hindenburg-Ludendorff worden genoemd tijdens de operaties in Oost-Pruisen van 25 Augustus tot 13 September (schetsen 1 en 2). Medio Augustus 1914 werd het 8e leger, dat voor de verde diging van Oost-Pruisen was aangewezen, van uit het N. O. bedreigd door het Russische Njemenleger onder Rennen- kampf en van uit het Z. O. door het Narewleger onder Samsonow. Wel had het 8e leger op 20 Augustus Rennen- kampf bij Gumbinnen aangevallen, doch dit offensief had men aan Duitsche zijde moeten afbreken met het gevolg, dat op 22 Augustus genoemd leger zich in vollen terugtocht bevond tus- schen het merengebied en de Memel. De legerleiding was voor nemens om het geheele gebied van Oost-Pruisen te ontruimen en tot achter de Weichsel terug te gaan. Eerst als op het west front, in Frankrijk, de beslissing zou zijn gevallen, zou Oost- Pruisen van de Russische invasie bevrijd kunnen worden. Intusschen vond een wisseling plaats in het commando van het 8e leger, waarover Hindenburg nu het bevel zou gaan voeren, bijgestaan door Ludendorffals chef van den Staf. Laatstgenoemde die, van uit België op doorreis naar Oost-Pruisen, den 22sten Augustus in het Duitsche Hoofdkwartier te Coblenz door von Moltke op de hoogte werd gesteld van evenvermel- de gebeurtenissen, verzocht onmiddellijk om aan den Commandant van het 8e leger telegrafisch opdracht te verstrekken, den terug tocht op 23 Augustus te staken. Voor het stelling nemen achter de Weichsel voelde Ludendorff niets. Eerstens moest men niet onnoodig eigen gebied aan de verschrikkingen van een Russische invasie blootstellen en vervolgens was de kans groot om, gelet op 's vijands aanzienlijke overmacht, in een stelling achter de Weichsel op den duur toch door de uit twee richtin- 158

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 22