naar de Oranje-rivier. Vandaar was er een spoorweg naar Bloem fontein. De spoorbruggen over de Oranjerivier waren echter in handen der Boeren en men kon er zeker van zijn, dat zij deze niet ongeschonden aan de Engelschen zouden afstaan (inderdaad zijn ze later ook door de Boeren vernield). Hierdoor zou dus belangrijk oponthoud ontstaan. Ook voor den verderen opmarsch zou men er op moeten rekenen, dat de Boeren het gebruik van den spoorweg niet zouden toestaan. De afstand Bethulie Bloemfontein, 200 K.M., zou dus mar- cheerende moeten worden afgelegd, door een gebied, dat niet alleen daarvoor weinig gunstig was, maar ook speciaal geëigend was voor een krachtigen tegenstand door de Boeren. Ook voor deze operatielijn zou als voordeel kunnen worden aangemerkt, dat het uitbreken van den opstand door het doorschrijden van deze streek zou kunnen worden afgewend. Deze opmarschrichting was aangenomen in het vorige niet uitgevoerde opratieplan van B u 11 e r. 3e. Via Kimberley Nadeelen van dezen opmarsch waren de groote afstand van Kaapstad (1000 K.M.) en de ernstige bedreiging van deze lijn door de Boerengroep in N. Kaapkolonie. Vooral was dit gevaarlijk omdat het operatietooneel weinig voor het onderhoud van den troep kon opleveren. Een opmarsch via Kimberley was dus min of meer gewaagd. L. Roberts speculeerde er echter op, dat de Boeren in hun reeds getoonde passieve houding zouden blijven volharden. Ongetwijfeld was dit een gevaarlijke veronderstelling, maar toch zeer goed verdedigbaar. Niet alleen is wagen voor een veldheer nu eenmaal onvermijdelijk, maar ook is het juist, om van gebleken fouten van den vijand gebruik te maken. Overigens had deze opmarschrichting ook vele voordeelen. De afstand Kimberley Bloemfontein was maar 150 K.M. door over 't algemeen gunstig terrein. Van groot belang was verder het feit, ■dat deze laatste opmarsch zou voeren door het waterrijke dal van de Modderrivier, waardoor de watervoorziening van het leger verzekerd was. Alles bij elkaar genomen bestonden er dus redenen om te verwachten, dat deze opmarschrichting, hoewel de langste in afstand, de meeste kans bood om de kortste in tijd te zullen worden. Zij werd dan ook terecht door Roberts als de beste aange merkt en daarom gekozen. In verband hiermede besloot Roberts: le, aan Buller de vrije hand te laten in Natal. Ter versterking ^ond hij bovendien de 5e div. daarheen. 221

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 21