dan werd weer het doel gemist, n. 1. het onmiddellijk uitbuiten van bij de bataljons plaatselijk voordeelige toestanden. Ten aanzien van de vuurwals kan dan ook worden opgemerkt, dat deze niet onder alle omstandigheden de infanterie afdoende heeft kunnen steunen hetgeen echter niet wegneemt dat, althans in den loopgraafoorlog, de vuurwals ook reeds uit een moreel oogpunt niet meer kan worden gemist. Vuurconcentraties der divisie-artillerie op enkele ge deelten van de achtereenvolgens door de infanterie te bereiken lijnen bieden het voordeel, dat hiermede minder munitie gemoeid is. De divisiecommandant concentreert op elke lijn het vuur slechts daar, waar sterke weerstand kan worden verwacht (vlie gerfoto's) dus geen regelmatige vuurverdeeling over het geheele front, zooals bij de vuurwals het geval is. Deze regeling ten behoeve der samenwerking berust evenwel op vermoedens, zoodat ook dit systeem nooit afdoende kan zijn. Zeer wel kan het toch tijdens den aanval blijken, dat op gedeelten van het gevechtsveld, waaraan bij de vuurregeling weinig of geen aandacht werd geschonken, de weerstand juist het grootst is. a och wordt deze methode in Frankrijk toegepastook voor Ten bewegingsoorlog. Men achte dit laatste niet uitgesloten, want de aanval heeft niet meer zoo'n snel verloop als vroeger. De dnfanterie heeft tijdens den wereldoorlog leeren begrijpen dat zij ihet zonder artilleriesteun niet afkanen dat het ten behoeve eener degelijke artillerievoorbereiding doorgaans noodig is vaak geruimen tijd te moeten wachten. Beter lijkt het, de vuurconcentraties af te geven naar gelang van gebleken plaatselijke behoefte. Beschikt men over kaarten met vierkantindeeling, dan kan door de infanterie vrij nauwkeurig worden aangegeven waar de behoefte aan artilleriesteun het grootst is. Hier heeft men echter weer de groote moeilijkheid, dat verzoeken om steun niet snel genoeg zullen doorkomen, want niet-ingegraven telefoonlijnen worden veelal stuk geschoten. Zoo dat ook het systeem der vuurconcentraties lang niet altijd feil loos zal werken. Reeds werd opgemerkt, dat de op elkaar aangewezen ïnfantene- en artilleriecommandanten het noodige hebben te verrichten, om in gemeenschappelijk overleg zoo goed mogelijk de détails der uitvoering te regelen. Hiervoor is noodig dat 1. bedoelde commandanten zich zooveel mogelijk in eikaars nabijheid ophouden 2. de verbindingsmiddelen bij de artillerie de noodige uitbrei ding ondergaan 3. ingevoerd wordt een verbindingsdetachement bij de atdee- lingen artillerie. Zoo beoogt het Fransche „détachement de liaison' een hechte samenwerking tot stand te brengen tusschen den commandant 230

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 30