256 die zou meebrengen, dat in een onderdeel gecommandeerd wordt en rege lingen worden getroffen buiten den C. om. De voordracht van den kapitein Bischoff bevat overigens vele nuttige prac- tische wenken die ook voor de aanstaande organisatie van den verbindingsdienst in het Indische leger hun waarde hebben. Cavaleristisch Tijdschrift Januari 1926. H.A. C. Fabius vervolgt zijn „Taktiek van lichte troepen" en behandelt in dit nummer de lichte troepen der divisiën en de bevelen aan lichte troepen te verstrekken. De „Tactisch-applicatorische studie" door Jhr. J. Th. Alting von Geusau wordt eveneens vervolgd. In „Een fabel en een paar vergeten woorden" betoogt V. dat cavalerie in vele gevallen geschikt is voor nachtelijk werk en dat de zin„Voor onderne mingen bij duisternis zijn wielrijders, wegens hunne geruischlooze verplaatsing, boven cavalerie te verkiezen" uit het Ontwerp Gevechtsvoorschrift 1924 (Nederland) moet worden gelezen „Voor ondernemingen bij duisternis langs harde wegen zijn wielrijders, indien zij hunne motoren en automobielen achterlaten, wegens hunne ge ruischlooze verplaatsing, boven cavalerie te verkiezen." Orgaan Vereeniging Krijgswetenschap. Voordracht van 19 Januari 1926Eenige tactische beschouwingen over de oorlogvoering bij duister" door kapitein J. V. van der Vijver. Aan de hand van de jongste krijgsgeschiedenis verdedigde inleider eenige stellingen waarvan we als de voornaamste vermelden „1. De nachtaanval in grooten stijl vormt een ondeugdelijk middel om den vijand beslissend te slaan. 2. Daarentegen kan de nachtaanval met een scherp begrensd doel, met beperkte krachten ondernomen en over beperkte diepte doorgezet, in zeer vele gevallen succes hebben en een belangrijken invloed uitoefenen op den loop der operatiën. 3. Een hoog moreel en eene uitstekende geoefendheid van den troep zijn in het nachtgevecht onder alle omstandigheden zoowel bij den aanval als bij de verdediging onvoorwaardelijk noodig voor het succes. 4. Bij den nachtelijken aanval zijn bovendien deugdelijke voorbereiding en verrassende, snelle uitvoering onmisbare factoren voor het slagen van de on derneming. 5. In het bijzonder voor eene strijdmacht, die, wat haar materieel betreft, bij den tegenstander vergeleken in de minderheid is, kunnen nachtaanvallen van beperkten omvang, als bedoeld in stelling 2, van groote waarde zijn. Om zulke aanvallen met succes te kunnen uitvoeren, moet echter onvoorwaardelijk worden voldaan aan de in stelling 3 genoemde eischen. 6. De kern van de oplossing van het moeilijke probleem, dat elke nachte lijke onderneming biedt, ligt in de voorbereiding door den chef en in de vak kundige, ordelijke, geluidlooze uitvoering door den troep." In het debat wees de luit.-kol. H.A.Seyffardt er nog op dat ook bij nachte lijke ondernemingen de samenwerking tusschen fnfanterie en artillerie, alhoe wel noodgedwongen van een ander karakter dan die bij gevechtshandelingen overdag, uiterst zorgvuldig voorbereid moet worden. Wij bevelen deze degelijke voordracht ten zeerste ter lezing aan. Indische Gids. 1 Februari. Hierin verschijnt een artikel over „Het 260-jarig jubileum van het Korps Mariniers". N.J. van Anroo geeft een bijdrage, getiteld „Een nieuwe grondslag voor de berekening van pensioenen". Hierin bespreekt hij zoowel de pensioenen der burgerambtenaren als die der officieren. Hij is het niet eens met de voorstel len der salariscommissie en stelt daar een ander stelsel voor in de plaats. Rangspensioenen veroordeelt hij ten sterkste, terwijl hij het pensioen o.a. ook wil laten afhangen van het aantal in z.g. „onherbergzame oorden" doorge brachte dienstjaren, alsmede van ontvangen decoraties en onderscheidingen. Eenige volgens zijn stelsel uitgevoerde berekeningen voor pensioen onder ver schillende omstandigheden zijn in den tekst ingelascht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 56