2. DE KLEWANGAANVAL OP DE PATROUILLE PARIS (uit een officieel verslag) „Van af de kampong tot aan de plaats van de hinderlaag zijn een 4-tal kleine drassige plekken, waarover een boomstam in het voetpad ligt. Bij het passeeren van die plekken werd telkens halt gehouden om na opgesloten te zijn weer voorwaarts te gaan. Toen de brigade reeds in zijn geheel in de hinderlaag was, zag een Jav. Mar. een der Atjehers in de alang2hij schreeuwde „Ini apa ini", maar op het zelfde oogenblik sprong de bende op en begon den aanval. Van de linkerzijde kwamen slechts 6 man aanvallen, de groote massa kwam van rechts. Er zijn 26 klewangs gevonden na het gevecht, dus moeten er meer dan 20 man ge weest zijn. De Atjehers zaten zoo snel op de maréchaussées door den korten afstand, dat er geen tijd meer was om te schieten en allen zich met de klewang hadden te verweren. De geheele bri gade werd over de volle lengte aangevallen, doch op het voorste gedeelte stormden de meesten in, op het achterste deel was het aantal aanvallers minder. Er zijn geen commando's of aanwijzingen meer gehoord, de kapitein en de brigadecommandant waren vrijwel dadelijk gesneu veld. Evenzoo de overige menschen uit de spits, zij werden door veel Atjehers aangevallen en vielen spoedig. Het achterste deel van de brigade kon eerst met de klewang en later ook met schieten de aanvallers neerleggen. Zij kwamen daarna hun makkers te hulp, die meer naar voren nog in het gevecht waren, door de aanvallers neer te schieten. Een enkele Atjeher stormde op de dwangarbeiders en sloeg links en rechts met de klewang. Een Inl. veroordeelde werd gewond, de overigen wisten de slagen te ontwijken. Langzamerhand eindigde het gevecht door het neerleggen van de aanvallers. De dwangarbeiders hebben een 5-tal Atjehers zien wegloopen, welke zichtbaar waren door de witte hoofddoeken, die allen bij den aanval droegen. Eenige gewonden riepen om hulp en verband. Een Jav. Mar. hoewel zwaar gewond zijnde (zeven wonden), riep „Luister naar mij, er is geen kader, nu ben ik commandant". Hij gaf bevel aan de dwangarbeiders om de karabijnen van de gesneuvelden te nemen, de wapens, enz. te verzamelen en ge wonden te verbinden. 277 De eigennamen zijn in dit uittreksel niet overgenomen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 13