afgereisd nog wat uitgesteld, aangezien de troepen door het harde werken aan de stellingen te zeer vermoeid waren Ook aan Japansche zijde vond intusschen een gewijzigde groepeering der strijdkrachten plaats. Behalve het 3e leger van N o g i, zou ook een 5e leger onder Kawamura ter beschikking komen. Aan deze legers werd een voorloopige opstelling aange wezen achter en uitwaarts van respectievelijk den linker- en- rechtervleugel (zie schets No. 3). D e g r o e p e e r i n g wees derhalve onmiskenbaar op het voornemen van Oyama, een dubbele omvatting uit te voeren. Op 19 Februari ving het 5e Japansche leger den opmarsch aan en werd dus op 'svijands linkervleugel de omvatting in geleid. Op 24 Februari deed het le Japansche leger vergeefsche pogingen om de Schaho te overschrijden. Het 4e Japansche leger voerde in het centrum een hevigen geschutstrijd met de bedoeling om de Russen in front te binden het 2e leger bleef werkeloos om de aandacht van den W. vleugel af te leiden, waar het 3e leger van N o g i, door meer naar het westen uit te halen, een voor de omvatting gunstiger positie ging innemen. Inmiddels had Kuropatkin, op grond van het zeer over dreven bericht dat zijn linkervleugel omtrokken werd, de noodige troepen naar dien vleugel verplaatst, waartoe hij de bijzondere reserves van de legerbevelhebbers had gebezigd. Toen daarna de 2e Armee op den anderen vleugel door het optreden van het 3e Japansche leger versterking behoefde, moesten hier deelen van de algemeene reserve worden ingezet, omdat Kuropatkin reeds over de bijzondere reserve van de 2e Armee had beschikt. Om nu de algemeene reserve weer aan te vullen werden uit het front troepen losgemaakt hetgeen, gelet op de groote uitgestrekt heid der ingenomen stellingen, zeer veel tijd kostte, nog afgezien van het feit, dat in de aldus gevormde reserves natuurlijk niet de minste samenhang bestond. Op 28 Februari werd het Japansche offensief over het geheele front krachtig voortgezet, met den noodigen druk op beide vleugels. Het offensief werd echter op den O. vleugel en in het centrum vrijwel tot staan gebrachtalleen op den W. vleugel slaagde men er in terrein te winnen en den Russischen rechtervleugel achtereenvolgens tot ombuiging in N. richting en daarna tot den terugtocht naar het N. O. te noodzaken. Op 2 Maart werd door de Russen nog een vergeefsche poging gedaan om het front van het 3e leger te doorbreken. Het 3e Japansche leger bedreigde nu door een gestadig oprukken in N. richting de Russische verbindingen dermate, dat alle Russische troepen die konden worden vrijgemaakt, op den rechtervleugel werden ingezet. Op 5 Maart vielen de Japanners de stelling West van Mukden met kracht aan den daaropvolgenden dag ging de 2e Russische Armee echter weer tot het offensief over op het 3e Japansche leger, welke aanval tot staan kwam. Den 7den 309

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 45