De compagniescommandant laat afbuigen. Is de
afstand nog te klein dan laat hij liggen tot afstand
is verkregen Is de afstand te groot dan blijft hij
doormarcheeren tot hij, gebruik makende van een
tijdelijk halt houden van de voorste linie, den goe
den afstand heeft verkregen.
Het ontwikkelen geschiedt op dezelfde wijze en
met inachtneming van dezelfde beginselen als te vo
ren uiteengezet.
Afhankelijk van de plaats der compagnie worden
verkenners uitgezonden alsmede zoo noodig gevechts
patrouilles naar de niet gedekte flank en in den rug.
De compagniescommandant bevindt zich bij de
richtingssectie, waarvoor bij voorkeur de sectie wordt
aangewezen welke het dichtst bij de richtingscom
pagnie is Van de commandogroep houden bepaald
G. V. 1. 52. aangewezen menschen den bataljonscommandant,
de richtingscompagnie en de eigen secties in het oog.
G.V.l. 111/1/ Zoo volgt de compagnie de voorgaande. In het
algemeen gaat een compagnie in tweede linie voor
waarts als eene in eerste linie. Het terrein wordt
overeenkomstig de gesteldheid gebruikt, van alle
dekkingen moet een zorgvuldig gebruik worden ge
maakt. Daarbij kunnen afstanden en tusschenruimten
tijdelijk worden veranderd De gevechtskracht moet
zoo lang mogelijk onverzwakt bewaard blijven. De
G.V.l. 50. voornaamste eisch is dekking tegen gezicht en tegen
waarneming uit de lucht, verder zoo mogelijk tegen
vuur. De compagnie behoeft nml. niet steeds ge
reed te zijn om aan het vuurgevecht deel te nemen,
niet steeds omdat waar men op het gevechtsveld
op verrassingen moet rekenen, eene zekere voorzorg
moet worden genomen.
Verschillende gevallen zijn mogelijk, de compag
nie is aangeleund aan beide zijden of slechts aan een
zijde. Telkens moet bij de formatie van de compagnie
in tweede linie daarmede rekening worden gehou
den. Daar waar aanleuning bestaat aan beide zijden
kan men aanvankelijk met de colonnelinie volstaan;
wordt de afstand minder dan zal met het oog op
de toename van de kwetsbaarheid het aanbeveling
verdienen de secties te échelonneeren. Op een on-
aangeleunden vleugel is de échelonneering weder
van andere factoren afhankelijk.
B. v. de compagnie is ten opzichte van de voorste
A. T. V. 84 rechts achterwaarts geplaatst; de compagnies-
G.V.I. 111/3/ commandant dient dus in de eerste plaats maat-