Flankbewegingen onder 's vijands vuur zijn nog steeds
onbestaanbaar.
Dat vuur moet eerst uitgedoofd worden, en dat kan slechts
geschieden door neven of achterwaarts geplaatste afdeelingen.
Het bovengenoemde Fransch Gevechtsvoorschrift zegt: (2de deel
p. 262) „Les occupants d'un nid de resistance ennemi ne peuvent
fournir des feux nourris a la fois dans toutes les directions
l'habilité des assaillants consiste done soit a déterminer les sec-
teurs de tir pour les éviter, soit a inciter 1'ennemi a finir
son tir dans certaines directions de fagona
créer des espaces non battus par lesquels
d'autres fractions s'avanceront sans pertes.
Le chef de section ordonne ces manoeuvres, soit a son propre
profit, soit au profit de la section voisine ar-
retée dans sa march e.
Elles doivent au besoin jaillir de l'initiative des chefs de
groupe de combat et même de l'esprit de camaraderie des
soldats.
De voorste aanvalsgroepen, die zonder steun van zware mi
trailleurs en artillerie alléén tegenover de 1ste linie des vijands
staan, hebben, om te kunnen ageeren, dus wederzijdschen vuur-
steun noodig.
Alzoo zien wij, dat de 2 elementen voor de manoeuvre op korten
afstand aanwezig kunnen zijn.
Resumeerende komen wij tot het volgende:
lste de mogelijkheid van manoeuvre en omvatting
voor de brigades e n sectin ter vo1voering
van hun opdracht komt pas op korten afstand
van den v ij and tot ontstaan.
2de De flankbewegingen vereischen een veronzijdiging van
het vijandelijk vuur.
3de Dit is alleen mogelijk door innige samenwerking der gr.,
br. en sectiecommandanten in de vuurlinie.
4de Voor de genoemde, met een bepaalde gevechtsopdracht be
laste commandanten is, naast de uitvoering van die opdracht,
van minstens even veel belang het waar
nemen van de nevenafdeelingen en het in
verbinding blijven met den naasten hoogeren chef.
5de Geschiedt dit niet, dan zal de uitvoering
van de verschillende opdrachten óf groote
vertraging ondervinden óf geheel onmogelijk
worden.
Terwille van de logische volgorde lijkt het mij overigens
beter, p. 84 G. V. I. een andere plaats te geven en wel
achter punt 89, vooral voor wat betreft het onder ten 2de
genoemde.
N. G.
450