4. Richting. Behalve door het noemen der aanvalsobjecten dient de richting volgens het kompas te worden aangegeven en c. q. volgens markante terreinvoorwerpenvooral moet worden getracht deze te vinden in of nabij de aanvalsobjecten. Dan komt er geen verwarring. G. V. 1. Hoofdzaak bij het voorwaarts gaan is te zorgen 24/1/ dat de afdeelingen niet door elkaar geraken, het geven van eene marschrichting is daartoe bevor- delijk. Ook al ziet men het aanvalsobject dan toch de marschrichting volgens het kompas aangeven, met het oog op nevel, rook, enz. en komende terreindeelen waar men het aanvalsobject niet ziet. 5. Plaats compagniesreserve. b. v. 3e sectie compagniesreserve (achter linkervleugel 2de sectie) (neemt plaats in bij het voorwaartsgaan) (achter midden vuurlinie). G. V. I. Tegenover het streven om een voldoend sterke 101/1/ vuurlinie te vormen, staat de noodzakelijkheid om een gedeelte der compagnie als reserve beschikbaar te houden om te manoeuvreeren. G. V. 1. De opstelling van de compagnie kan in denaan- 100/1/ vang eene diepte van 300 M. hebben. Naarmate de afstand tot den vijand kleiner wordt, zal ook de diepte moeten afnemen. De diepte, dus de afstand tot de vuurlinie, zal afhangen van den toestand, derhalve van het van de reserves te maken gebruik, het terrein en de breedte van de aanvalsstrook, dat zijn dus plaatse lijke en oogenblikkelijke factoren, Hier verdient het aanbeveling geen afstand meer te noemen, maar de reserve telkenmale aan te trekken en hare plaats door den compagniescommandant te doen aanwijzen. Hoe moet de compagniescomman dant zijn reserve gebruiken? G. V. I. Gedurende het gevecht zal de compagniescom- 101/2/ mandant trachten zijn reserve zoolang mogelijk be schikbaar te houdenhij zal daarom niet moeten toegeven aan de verzoeken om versterking van de onderaanvoerders in de vuurlinie, doch die nood zakelijkheid zelfstandig moeten beoordeelen. 101/3/ Juist in het laatste gedeelte van den aanval is het beschikbaar hebben van enkele afdeelingen van het grootste belang voor den compagnies commandant om de onderdeden welke succes hebben te ondersteunen, tegenstooten af te slaan of 496

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 16