wanneer van de geheele brigade minder dan 4 man
R. I- over zijn, want dan is het voor de bediening van den
10/5/6/ geweermitrailleur vereischte aantal niet meer aanwezig
en dat zoolang de sectie nog in de diepte is
geëchelonneerd, versterking van de vuurlinie uit de
compagniesreserve niet noodig is, dat daaraan eerst
kan worden gedacht zoodra de geheele sectie in
het voorste echelon van de vuurlinie is ingezet.
Ook verdient het niet altijd aanbeveling, een vuurlinie,
waarin zeer vele verliezen worden geleden, toch te
trachten op sterkte te houdenzulks kan wijzen
op een goed geleid vijandelijk vuur of op opeen-
hooping in de vuurlinie dan wel een onjuist gebruik
van het terrein.
G. V. I. Het inschuiven van de brigades regelt de sectie-
94/5/ commandant op aanwijzing van den compagnies
commandant.
Heeft de compagniescommandant zijn reserve ver
bruikt dan zal hij trachten zoo spoedig mogelijk
nieuwe te vormen door geleidelijk los maken van
G. V. I. afdeelingenkan hij dit doel niet bereiken dan geeft
101/4/ hij kennis aan den bataljonscommandant die dan
49 wel zal beslissen in hoeverre hij al dan niet de
bataljonsreserve zal gebruiken voor een nieuwe
compagniesreserve.
6. Gebruik sectie mitrailleurs.
b. v. De sectie dadelijk in bewakingsstelling ongeveer
bij(dekt de opstelling van de compagnie en
het latere voorwaartsgaan, daarbij in het bijzonder
letten opvolgt echelonsgewijze langs
(het vuur openen wanneer de lijnwordt over
schreden).
Zijn er reeds doelen bekend, dan deze aanwij
zen (vuur openen zoodra daaruit vuur wordt
ontvangen).
(Er mag alleen ter uitvoering van de opdracht
worden gevuurd).
Als richtsnoer voor het gebruik van de sectie
mitrailleurs geldt het volgende:
De mitrailleurs kunnen, om het terrein winnen der
compagnie te steunen, van af de middelbare afstanden
G. V. 1.44/2/ (1200 M.) ook aan den strijd deelnemen, doch zij
157 moeten het vuur zoo laat mogelijk en waar doenlijk
31 verrassend openen. Er zal daarbij gestreefd moeten
worden naar het benutten van de groote dracht en de
juistheid van het mitrailleur-vuur om de tegenpartij
echarpeerend of enfileerend onder vuur te nemen,
498