periode al minder en minder, behalve op niet aan
geleunde vleugels en tegen gasaanvallen, des te
A.T.V. belangrijker wordt de beveiliging tegen 's vijands
38/2/ luchtstrijdkrachten. Hierbij kan en mag van vermin
dering der beveiliging geen sprake zijn en bijzonder
dient er op te worden gelet dat de luchtwaarschu-
wingsdienst goed blijft functionneeren, dus lucht-
waarnemingspatrouilles uitzenden en personen aan
wijzen, die op de teekens van deze letten. Zulks
te meer waar de aandacht vanzelf wordt gericht
naar den vijand op den grond en in de komende
oorlogen men de verschijning van de laagvliegers
in grooten getale zeer zeker mag verwachtenlaag
vliegers, die, vooral in onze terreinen, als het ware
ongemerkt tusschen de bedekte complexen kunnen
doorkomen om dan plotseling met groote snelheid
en op korten afstand te verschijnen om hun slag
te slaan.
A.T.V. Het meeste effect tegen doelen op den grond is
146/6/ te verwachten van laag (10-50 M boven den grond)
vliegende vliegtuigen.
A.T.V. Verder moeten maatregelen worden getroffen om
38/1/ de zichtbaarheid en de kwetsbaarheid te verminde-
40/1/ ren; zooveel mogelijk gebruik maken van bedekt
terrein en van beschaduwde terreindeelen, geen
zichtbare opstellingen innemen, open formatiën kiezen
welke slechts kleine doelen bieden, overbodige be
wegingen (in het bijzonder het naar boven kijken)
vermijden. Tegen bommenwerpen liggen om de
scherfwerking te verminderen, tegen mitrailleurvuur
bijtijds opstellen in groepen en groepjes op bescha
duwde plekken.
B e s t r ij d i n g. Deze geldt binnen de compagnie
A.T.V. alleen tegen laagvliegers (beneden 100 M). Wordt
39/4/ de vuurlinie aangevallen als het vuur reeds is
geopend dan doet deze niets eventueel in beweging
zijnde deelen gaan liggen de linie gaat rustig door
met het bevuren van den tegenstander op den grond.
Elke mitrailleur, geweermitrailleur of geweerschut-
ter, die men inzet tegen de vliegtuigen, verzwakt de
vuurkracht der vuurlinie; bovendien zijn allen zoo
danig opgesteld dat men zoo gedekt mogelijk is
tegen den vijand op den grond en elke beweging
noodig om te kunnen vuren op de vliegtuigen stelt
meer bloot aan het vuur van de tegenpartij op den
grond.
De bestrijding moet hier plaats hebben uit de
diepte, door de geweermitrailleurs en scherpschut-
501