munitie te halen (wanneer er geen bataljonsmunitie- G. V. I. depot is opgericht) terwijl de handlangers daarom- 73/3/5/ trent moeten worden ingelicht (wanneer er geen munitiepost is opgericht.) 11. Verpleging. Naar gelang van het tijdstip van den dag het medegevoerde maal doen nuttigen, dan wel naar G. V. I. gelang van de zich voordoende gelegenheid idem 30/1/ het vullen van de veldfleschhiervoor gebruik maken van gevechtspauzen, maatregelen treffen voor het bereiden van den komenden maaltijd. 12. Hulpverbandplaats. O.V.G.D. Is de h u 1 p v e r b a n d p 1 a a t s uit het batal- 36/2/ jonsbevel bekend, dan moet daarvan mededeeling 38/3/ worden gedaan, ook van eene verplaatsing. Zulks kan bijdragen tot een spoediger verzorging en afvoer. In den regel zal de bataljonscommandant de O.V.G.D. 35 verzamelplaats voor marschvaardige gewonden alleen bekend maken aan de bataljons artsen. De ervaring heeft geleerd dat het niet goed is daarvan aan den troep mededeeling te doen. Hij die gewond raakt, ondergaat in den regel eene inzinking bij meent zijn deel te hebben bijgedragen en dan is de neiging al zeer groot, zichzelf marsch- vaardig gewond te beschouwen om dan als de verzamelplaats bekend is, het gevechtsveld (het gevaar) te verlaten en zich daarheen te be geven. Of iemand marschvaardig gewond is, wordt uitgemaakt door den jongsten bataljonsarts door O.V.G.D. bijschrijving van de letters M. G. op de verbandkaart, 34/2/ eerst daarna kan worden medegedeeld waarheen hij zich moet begeven, hetzij regelrecht naar de ver zamelplaats, hetzij naar de verbandplaats c. q. hulp verbandplaats. Zulks geldt ook wanneer op de O.V.G.D. hulpverbandplaats de bijschrijving van M. G. plaats 37/3//1/ heeft. Wordt van de gevechtspauzen gebruik gemaakt om gewonden te doen afvoeren naar de hulp verbandplaats, hetgeen door personeel van de trans- portafdeeling moet geschieden, dan kan de compag niescommandant daarbij medewerken door plaatsen waar gewonden zijn gevallen of gewondennesten worden vermoed te doen aanwijzen. Wanneer de compagnie is opgesteld, meldt de compagniescommandant zulks aan den bataljons- 504 G.V.I. 30/1/ O.V.G.D 39/1/

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 24