het kader verduidelijkt, de samenwerking wordt beter verzekerd. B. v. vijand zit bij gindsch bamboeboschje, bij die woning; het 9de bataljon is rechts van ons gekomen. De groene boomengroep ginds staat in onze rich ting. Het terrein vlak voor ons is droog. Te rekenen op indirect mitrailleurvuur, op artil lerievuur bij 2. De sectie wordt opgelost a. marcheert door naar kompasrichting blijft: rechts van ons isb. marcheert naar links van ons is in de richting van achter ons iskompasrichting wordt de compagniescommandant c. stelt zich op: is bijfront naar kompasrichting 3. 1ste brigade, richtingsbrigade, marcheert door naar kompasrichtingc.q. stelt zich op bij 2de brigade rechts van de 1ste, 100 M. afstand, 50 M. tusschenruimte, zendt gevechtspatrouille op rechterflank (zendt verkenners op rechterflank) (neemt verbinding op met 3de brigade links van de 1ste, 100 M. afstand, 50 M. tusschenruimte, neemt verband op met de 2de sectie links, zendt verkenners naar 4. Ik ben voor de 1ste brigade. 5. De gevechtstrein is bij Groepeering der sectie. G. V. I. De sectiecommandant is vrij om zijn brigades 78/4/ te groepeeren zooals hij noodig oordeelt, mits hij handelt overeenkomstig de door den compagnies commandant gegeven bevelen en de nevenafdeeling G. V. I. niet hindert. Zulks is overeenkomstig het algemeen 24/21 beginsel, nml. dat onder inachtneming van de alge- meene marschrichting en onder voorwaarde elkaar niet te hinderen, elke afdeeling de meest gedekte terrein- strook zoekt om voorwaarts te gaan. Uiteraard blijven de algemeene tactische beginselen ook voor den sectiecommandant gelden deze zijn b.v. 78/5 De groepeering in de breedte en diepte zal als regel 150 M. niet te boven gaan en is binnen den 588

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 36