deel van de munitie der sectie is verschoten, terwijl men van het afslaan van tegenaanvallen en bij het doordringen veel munitie noodig heeft. Maar wil men dan kunnen aanvullen, dan moeten de maatregelen reeds te voren genomen zijn, anders is men te laat. De sectiecommandant moet er verder op toezien, dat bij de behandeling en het vervoer van munitie 54/3/ de noodige maatregelen worden genomen tegen verontreiniging door zand of modder, aangezien dit tot ernstige vuurstoringen aanleiding kan geven. e. In de gevechtspauzen dekkingen doen verbe teren, beschadigd materieel doen herstellen of doen vervangen, zorgen voor de verpleging van den troep, vooral door voorziening van drinkwater a. a. en de gewonden doen afvoeren. De taak van den sectiecommandant is eene veel G. V. I. omvattende; wil hij haar behoorlijk vervullen, dan 30/1/ mag, overeenkomstig het algemeene beginsel zijne werkzaamheid geen oogenblik verflauwen. De afstand van 300 M. en het daarna voor- blz. 572/5 waartsgaan werden reeds bij de compagnie be sproken. G. V. I. De stormaanval. 90/1/ Wanneer de vijand voldoende is geschokt en de afstand zulks toelaat, wordt tot den stormaanval overgegaan het initiatief hiertoe zal veelal door de voorste brigadecommandanten worden genomen. Is de storm eenmaal ingezet, dan moeten alle afdeelingen zich daarbij aansluiten. 90/4/ Wat betreft den afstand wordt de stormaanval R. I. 254 als regel op 100 M. a 50 M ingezet; herhaald wordt, dat de stormaanval niets anders is dan de laatste sprong, welke de manschappen in de vijan delijke opstelling brengt en dat deze wordt onder nomen zoodra de hevigheid van het vijandelijk vuur zoodanig vermindert dat het mogelijk schijnt den afstand tot den vijand in één sprong te doorloopen, dan is de vijand dus voldoende geschokt. 53/3/ Die vermindering van het vijandelijk vuur kan worden waargenomen door een brigadecommandant die zich in de vuurlinie bevindt en die daarvan onmiddellijk gebruik moet maken zonder op bevelen van zijn sectiecommandant te wachten Vandaar dat de voorste brigadecommandant veelal het ini tiatief zal nemen. 637

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 15