actie moest worden gestaakt. Gelukkig bleek toen, dat generaa Townshend net tot April zou kunnen uithouden, zoodat wat meer tijd aan een ernstige voorbereiding kon worden besteed. Genie- officieren werden nu onder dekking van cavalerie uitgezonden tot het vervaardigen van de noodige schetsen. Daaruit, benevens uit vliegfoto's en uit de gegevens van de oude, vóóroorlogsche kaar ten werd nu een kaart samengesteld, welke voldoende juist werd geacht om daarop een plan tot omtrekking van 's vijands rechter vleugel te baseeren, welke omtrekking zou worden ingezet met een nachtmarsch. De majoor Mason (de samensteller van dit boek dus) zou als gids optreden; hij had het geheele terrein verkend en was goed. op de hoogte van de bijzonderheden; nachtelijke ver kenning was evenwel niet uitvoerbaar geweest, zegt hij. De beschikbare kaart is achteraf gebleken geheel te kloppen niet de later zuiver opgenomen kaart schaal 1 100.000! De colonne, sterk 20.000 man, bereikte op tijd het aangegeven punt; aan de leiding van den nachtmarsch heeft dus niets geman keerd, doch, zegt de schrijver, in het officieele verslag van deze* operatie staat te lezen, dat de colonne op het uur, waarop zij in werkelijkheid aankwam, ontwikkeld had moeten zijn, terwijl in het marschbevel en in mondelinge orders was aangegeven, dat zij eerst daarna tot het gevecht moest worden ontwikkeld. Een verkeerde interpretatie van gegeven bevelen was dus oorzaak, dat de geheele onderneming faalde, niet de beweerde onjuistheid van de kaart, noch het oponthoud gedurende den marsch, dat (stil zwijgend wel is waar) aan den gids wordt verweten en waarop in 'dat officieele verslag de nadruk wordt gelegd. De schrijver betoogt zelfs, dat de colonne op het bedoelde uur (6.15 v. m.) onmogelijk ontwikkeld, had kunnen zijn, omdat zulks niet bij duisternis kon plaats hebben; al was ze eerder aangekomen, dan had men toch moeten wachten; onder de gegeven omstandigheden had zij om half zeven gereed kunnen zijn voor den aanval; dat kwartiertje verschil kan de catastrophe niet hebben veroorzaakt. De schrijver wijt haar uitsluitend aan de omstandigheid, dat niet alle onderbevelhebbers op gelijke wijze hebben gehandeld, waar door er geen samenwerking was. Na deze mislukte onderneming werden de werkzaamheden der opnemers beperkt tot die gebieden, waar operaties plaats had den; er werd dadelijk een zoodanige schaal toegepast, dat men zeker kon zijn, later de metingen ook te kunnen benutten voor andere doeleinden. De triangulatie werd in het bezette gebied zoo ver mogelijk uitgestrekt, al had men daarbij met groote moeilijk heden te kampen. In Juli 1916 vertrok de meetafdeeling weder terug naar Indië; in Mesopotamië bleven slechts achter 2 luite nants met 4 opnemers, die opdracht hadden om in bepaald aan gewezen streken verkenningen te verrichten en daarvan schets kaarten samen te stellen. 826

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 30