pacificatie en verbetering der volksmentaliteit, waar deze ten
opzichte van ons bestuur nog meer of min vijandig gezind was.
Dus ook hierop behoorde bij de keus der onderwijzers ^ele*' te
worden. b
Daar de civiel- en militair bestuurder gedurende de eerste jaren
voor de verkrijging van onderwijzers zelf moest zorgen kon hij
hen ook kiezen.
Het is te begrijpen, dat daarbij ook op bezadigdheid, karakter
en gedrag gelet werd, en niet uitsluitend op diploma's Volledig
gediplomeerden waren er als regel ook niet te krijgen, zoo er
al zulke waren, dan voelden zij er weinig voor, naar het geïso
leerde en primitieve land te gaan.
Dat het onderwijs gedurende deze jaren precies volgens de
regelen der kunst geschiedde, zal wel niemand durven beweren.
Maar dat woog ook niet het zwaarst. De kinderen van deze
eeuwenlang geïsoleerd gewezen bergbewoners, landbouwers en
veehoeders bleken voldoend bevattelijk te zijn en leerden gemak-
kei ijk lezen, schrijven en rekenen. Vooral in het rekenen werden zij
sterkdat lag blijkbaar in hun aard.
Daar deze bergbevolking nog al aanleg had voor ongebon
denheid en vrijpostigheid, en zich gaarne liet gaan, werd bij
het onderwijs veel nadruk gelegd op discipline, vormelijkheid
en zindelijkheid.
Eiken Zaterdag werd aan de schoolkinderen zeep verstrekt. De
meeste raakten daardoor aan het zeepgebruik gewend, en zoro-
den in later jaren er wel zelf voor. 13
Maar ook aan hun mentaliteit werd voortdurend zorg besteed.
Het was een lust, om de kinderen het Koninginne- en vlaggenlied
met verve en opgewektheid te hooren zingen. Bij de scholen waren
overal sportterreinen aangelegd, waar werd gevoetbald maar ook
oude volksspelen beoefend werden. Deze terreinen werden lang
zamerhand de centra voor het volksleven, waar jong en oud
op feestdagen bijeenkwamen.
De civiel- en militair bestuurder zal steeds met voldoening en
genoegen aan die periode terugdenken.
Natuurlijk waren er toen ook al enkele leerlingen, die zich
met hunne verkregen elementaire kennis intellectueelen waanden,
en vermeenden deze kennis te moeten luchten in het schrijven van
rekesten en anonyme brieven. Maar dat kon best op den koop
toe worden genomen want, „im Grossen und Ganzen" had
het onderwijs een gunstigen invloed op de mentaliteit der be-
volking in het belang der pacificatie.
Langzamerhand het begon na 1920 waren teekenen waar
te nemen, dat er invloeden het land binnenkwamen en daar
werkzaam waren, om de verkregen rust meer of min te verstoren.
Langs de gereed gekomen communicaties, die eigenlijk be
doeld waren, om slechts de economische ontwikkeling van
860 s