Mededeeling van een en ander is noodig voor de goede samenwerking tot het bereiken van het gevechtsdoel, welke, behalve door den vasten wil om elkaar zoo krachtig mogelijk te steunen, bereikt wordt o. m. door de duidelijkheid, waarmede het ge- 33 b; c meenschappelijke doel van den strijd wordt aange geven en de bijzondere taak van elk onderdeel wordt bepaald alsmede de bekendheid van alle aanvoerders op het goede oogenblik met den toestand bij (de plaats van) de afdeelingen van het eigen leger, met welke zij in onmiddellijk verband moeten handelen. Wat betreft de taak van de compagnie, zij er de 214 aandacht op gevestigd, dat een compagnie onder gunstige omstandigheden een terrein ter breedte en diepte van 500 M. krachtig kan verdedigen. De vermelding van de opstelling van de onder steunende artillerie is noodig voor de samenwerking; kunnen ook vuurstrooken en in de nabijheid lig gende plaatsen van artilleriewaarnemers worden vermeld dan verdient zulks aanbeveling. De vermelding van de opstelling van steunende, flankeerende mitrailleurs (met vuurstrook) is noodig om de sectiecommandanten in staat te stellen het 206/1//2/ vuur der secties voor te bereiden en zich met den commandant der mitrailleurs te verstaan, voor het geval en voor zoover deze staan in het door hun sectie bezette terreingedeeite. 3. Taak voorste secties, samenwer king tusschen de secties en met de nevencompagnieën; aansluiting der vuurstrooken; bijzondere maatrege len voor bescherming der scheiding s- lijnen; uitte voeren werkzaamheden (o.a. maskeering, camouflage, schijndek- kingen) c.q. volgorde daarvan, gereed heid voor het gevecht, rust, alarm; aanw ij zingen voor v uuropening. Overeenkomstig het algemeene beginsel, dat aan elke eenheid, hoe klein ook, welke is aangewezen om aan den vijand net bezit of het gebruik van A.T.V. 150/2/ eenig terreingedeelte (terreinvoorwerp) te ontzeggen, G.V.I. 170/1/ het door haar tot het uiterste te verdedigen object op duidelijke wijze moet worden aangegeven, zoo dat een ieder bekend kan zijn met het doel, dat door de afdeeling waartoe hij behoort, moet worden bereikt, wijst de compagniescommandant aan iederen sectiecommandant in de vuurlinie een bepaald ter-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1926 | | pagina 8