Dit zijn nu dus positieve gegevens geworden. De sterkte van de legers zijn, evenals de andere factoren, gegeven grootheden, waarvan die van het eigen leger ook den bevelhebber bekend zijn. Blijft de vraag wat hem van den vijand bekend is? Zooals we reeds hebben gezien kunnen uit verschillende bron nen de gegevens zijn toegevloeid; waarbij hij deze kan rangschik ken in: absoluut betrouwbare, minder betrouwbare, onbetrouwbare. De absoluut betrouwbare kan hij als bekende grootheden aan nemen. Met de minder betrouwbare en onbetrouwbare moet hij voor zichtiger zijn. De persoon van den veldheer komt nu in het geding. Zijne persoonlijke eigenschappen zijn n. 1. van invloed op het verwerken der gegevens. Voor het uitvoeren van de hem verstrekte opdracht moet hij met alle omstandigheden, welke daarop van invloed kunnen zijn, rekening houden, d. w. z. wat als gegeven binnenkomt moet hij in beschouwing nemen en weten te waardeeren. Met de absoluut betrouwbare of positieve gegevens geeft het geen moeilijkheden; deze komen met het waardeeren vail de onzekere factoren. Ten slotte moet de bevelhebber beslissen in hoeverre hij ze al dan niet of gedeeltelijk van invloed wil laten zijn op zijn te nemen besluit. De doortastende, besluitvaardige bevelhebber, begiftigd met het noodige zelfvertrouwen zal al spoedig tot een conclusie komen; voor de minder karaktervolle bevelhebber beginnen hier al groote moeilijkheden. De vele vraagteekens blijven bij zijne nadere over wegingen vraagteekens en het zal hem niet gelukken tot een zekere waardeering van de gegevens te komen. Hoofdzakelijk zijn het hier dan ook de karaktereigenschappen, welke den doorslag moeten geven. „Den Feldherrn macht nicht der Verstand, sondern dei „Charakter!" Voorrede in: Friedrich der Grosze von Graf Schlieffen. A. Gij komt dus tot de conclusie, dat de factoren, waarmede rekening moet worden gehouden voor het nemen van een beslis sing, slechts gedeeltelijk bekend zijn en dat het nu van het karakter van den bevelhebber afhangt in hoeverre hij bij het vaststellen van zijn gevechtsplan zich meer of minder laat beïnvloeden door de onzekere factoren. Maar dan is er dus wel iets vaags en hangt het van den persoon af in hoeverre hij het met die vaagheid tot klaarheid kan brengen. 25

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 25