Onderstelling. Algemeene toestand. Overzichtsschets 1 250.000. Kaartblad XXIX B 1 50.000. Blauwe troepen zijn in opmarsch over A en B in de richting van C. Roode troepen rukken op over C in de richting van A. BIJZONDERE TOESTAND BIJ BLAUW. Eene divisie in opdracht hebbend den 5den September 1926 de plaats B (9 K. M. ten O. van Kliwonan Fl) te bereiken, brengt den nacht van den 4den op den 5den September door te Karang- benda (A2) en Westelijk daarvan. Uitwerking. Op den 4den September heeft de divisie een dagmarsch afge legd. Aanraking met den vijand is er niet geweest, behoudens dat de escadrille, welke ter beschikking van den divisiecommandant is, bij eene gehouden verkenning op vijandelijke luchtstrijdkrachten is gestooten, eenige verliezen heeft geleden en met enkele belang rijke gegevens is teruggekeerd. In den laten namiddag van genoemden dag werd overgegaan tot de legering te Karangbenda en Westelijk daarvan, waarbij zooveel mogelijk overeenkomstig de marschformatie werd gelegerd en voor wat de veiligheidsmaatregelen betreft werd volstaan met het afsluiten van den grooten weg door een compagnie infanterie. Daar het bekend was dat de tegenpartij over vrij veel automobiele voertuigen beschikt, o. a. pantserauto's, werd wegens het ontbre ken van infanteriegeschut een veldkanon bij de beveiligingstroe pen gedetacheerd. Aan het versperren van den weg werd almede goede zorg besteed. Gedurende de vorige nachten had de divisiecommandant gemeend het half-regiment cavalerie, beveiligd door de compagnie wielrij ders, wel vóór de beveiligende infanterie te kunnen laten, doch voor den komenden nacht achtte hij het beter om de cavalerie achter de beveiligende infanterie terug te nemen. Nadat de bevelen voor de legering, de verpleging en de bevei liging waren uitgegeven, werd door den divisiecommandant te 7.- n. m. nog ter kennis van de troepencommandanten enz. ge bracht, dat de cavalerie den volgenden dag te 6.- v. m. voor den afmarsch gereed zou moeten zijn, de escadrille te 6.30 v. m. zou moeten kunnen opstijgen en de infanterie en artillerie op dat uur gereed zouden moeten zijn. Een en ander werd gedaan om het tijdstip van uitgifte van het eigenlijke bevel voor den marsch van de divisie, hetwelk natuurlijk 87

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 17