3. Het 4 R. I. zal zich meester maken van Ngamplak
Sokaredja 2 Soeroewah. (E2).
4. De 2de comp. wielrijders zal den linkervleugel van dit
regiment beveiligen.
5. Berichten naar Klega.
Schr. aan cdt 2de comp. wielr. Div. cdt.
Aangezien het in de bedoeling van den divisiecommandant ligt
om de divisie ten Zuiden van den grooten weg te ontplooien en
zich daartoe meester te maken van den G. Wanapatra en omge
ving, heeft hij reeds dadelijk nadat hij dit besluit had genomen een
kort bevel doen toekomen aan de commandanten van de onder
deden van de hoofdmacht, strekkende om verder doormarcheeren
langs den grooten weg dan noodig zou zijn, te voorkomen en aldus
tijd te winnen.
Zoo kreeg de commandant van 5 R. I. het bevel:
5 R. I. met 1/3 transportafdeeling van de hoofdvbplafd. naar
Pingkal (B2);
die van 6 R. I.:
2/3 6 R. I. met 1/3 transportafd. van de hoofdvbplafd. naar
Djatisari (B2) en 1/3 6 R. I. met de 6e mitraill. comp. naar
Klega;
de cdt van de comp. genietr.:
1/2 comp. genietr. volgt 5 R. I. naar Pingkal (B2);
de cdt van II B. A. kreeg het bevel:
de II afd. B. A. in afwachtingsopstelling in Bongkat (B2).
(Zie G. V. Mob. A. pt. 19).
De motorartillerie kreeg bevel om halt te houden in Srandal.
De luchtdoelmaitrailleurs kregen opdracht om 4 R. 1. te bevei
ligen;
De dirigeerend off. van gez. van de hoofdvbplafd, om de rest
van de transportafd. ter beschikking van 5 en 6 R. I. te
stellen.
Voor de overige deelen van de divisie waren dergelijke bevelen
niet noodig, daar zij nog niet in den marsch waren.
Naar de divisiecommandant meent zal 5 R. I., zonder tegenslag
althans, wel ongeveer te 9.- v. m. in Pingkal kunnen staan en
2/3 6 R. I. te ongeveer 10.30 v. m. in Djatisari.
Het derde bataljon van 6 RI. heeft hij in gedachten bestemd
om later als schakel tusscherü het eerste gevechtséchelon en de
beide andere op te treden.
Te 8.45 v. m. komt een bericht van den commandant van 4 R. I.
binnen, afgezonden te 8.30, meldende dat zijne voorste infanterie
ter hoogte van 181 (E2) in contact is gekomen met roode
infanterie.
Eenigen tijd later wordt een bericht van de cavalerie ontvangen,
verzonden: van Badoetmati (D3) te 9.- v. m. en luidende:
97