121 d. De aanwijzingen gegeven voor transporten te water (bladzijde 57) zijn niet toepasselijk voor gebieden, waar stroomversnellingen voorkomen. e. Enkele wenken betreffende de uitrusting zoomede omtrent de indeeling van veroordeelden, zijn niet in overeenstemming met het V. P. T. L. f. De opname van het hoofdstukje „Solidaire aansprakelijkheid" ware beter achterwege gelaten. Het toepassen van dit beginsel valt buiten bevoegdheid van den comman. dant van een kleine patrouille. Het vorenstaande moge vooral voor de minder ervaren patrouille-com mandanten een aansporing zijn het werkje te bestudeeren doch daarbij den inhoud zorgvuldig te toetsen aan de officieel gegeven voorschriften en waar mogelijk aan de kennis van oudere ervaren collega's. 9. EEN MEEN1NGSVERSCHIL. In het I. M. T. van Januari 1927 heeft de heer F. d. B. in zijn Politiek Overzicht aandacht geschonken aan de jongste communistische onlusten, die zich zoowel hier op Java als later op Sumatra hebben voorgedaan. Aan het einde van zijn betoog komt de schrijver tot de resulteerende con clusie, dat het naar zijne meening gelukkig geprezen moet worden, dat deze onlusten niet in bloed gesmoord zijn. „Java is voor een tweede Amritsar Oode zij dank bespaard geblevenzoo luidt de verzuchting van den steller der politieke uiteenzetting. En zelfs gaat hij dan zoover om profetisch de mogelijkheid van een politiek ingrijpen van Engeland aan den horizon te zien opdoemen, indien hier het communisme (of het nationalisme) de overhand zou krijgen. Wij kunnen onmogelijk medegaan met dergelijke beschouwingen. Het is niet noodig ons allerlei gevaren voor oogen te houden met betrek king tot het koloniale beleid, slechts een vaste hand en een humanitair levens beginsel zijn de leidende factoren voor zulk een beleid. De rest dienen wij manmoedig en met vertrouwen in de toekomst af te wachten. Wij meenen te handelen in het belang van de beteekenis, welke het poli tiek overzicht ongetwijfeld verdient, indien wij onze meening eens tegenover die van den schrijver daarvan stellen. Daarvoor zullen wij het betrokken citaat in extenso laten volgen. Hij zegt „Het moet Rusland bekend zijn geweest dat het Indische Gouvernement uit bezuinigingsoverwegingen haar machtsorganen met 17.000 man, dus ongeveer 1/3 van de sterkte had ingekrompen. In de vorige aflevering van dit tijdschrift is hier in een artikel, geteekend F. J. P. S., de aandacht op gevestigd. De schrijver wijst er op dat na aftrek van een aanzienlijk aantal recruten de beschikbare sterkte op papier slechts ongeveer 9.000 man Infanterie telt. Of die sterkte niet voldoende was om een communistischen opstand van grooten omvang te onderdrukken Waarschijnlijk welMaar terecht merkt de schrijver op dat „een dergelijk repressief optreden door geen enkele beschaafde staat mag worden beschouwd als te zijn de meest gewenschte preventieve handhaving van het gezag". Geen enkele koloniale mogendheid, zelfs Engeland niet, kan zich meer de weelde veroorloven van een geweldadige onderdrukking in stroomen bloeds van een nationalistische beweging zonder zich bloot te stellen aan het feit, dat zij in binnen- en buitenland gebrandmerkt zou worden met het Kainsteeken van den moordenaar. Toen in April 1919 relletjes in Britsch-Indië uitbraken en onder het vuur der machinegeweren van generaal Dyer 450 dooden en 1500 gewonden te Amritsar vielen, is ook in het Britsche parlement een on gezouten critiek uitgeoefend op het beleid der Britsch-Indische Regeering. In Britsch-Indië zelf is een krachtige nationalistische reactie het gevolg van de Wat dit laatste betreft, moge in het bijzonder worden verwezen naar de in dit nummer begonnen serie artikelen van L. A. S. Redactie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 51