te oefenen in het initiatief. In de eerste plaats
moet worden geleerd gegeven bevelen uit te voe
ren. Het leeren afwijken daarvan is iets van latere,
andere orde en doet men beter bij kaderoefening.
In den oorlog is het opvolgen van het bevel het ge
wone dagelijksche werk, het afwijken uitzondering.
Houden we aan de vorenstaande beginselen vast
dan is het duidelijk dat b.v. de brigadecommandant
niet behoeft te weten dat het Indische leger aanvalt,
de le divisie dit doet, de 2e dat e.d. of dat de
vijand, te Pameungpeuk of Cheribon geland, thans
op de Bandoengsche hoogvlakte is. 't Zou trouwens
menigmaal vergeefsche moeite zijn om dat duidelijk
te maken.
Ook in den oorlog weet de brigadecommandant,
evenals zijn troep van die overige grootere troe
penmassa 's niets. Maar wel moet hij weten wat hij
als brigadecommandant tot opdracht krijgt.
Verder moet hem ook een en ander omtrent den
onmiddellijk tegenover hem aanwezigen vijand en
omtrent de zich in zijne omgeving bevindende eigen
troepen zoo duidelijk mogelijk gemaakt worden, als
de oorlogswerkelijkheid toelaat. Daarbij moet men
ook weder niet een te groote wissel trekken op zijn
herinnerings en voorstellingsvermo
gen, dus niet uitvoerig zijn.
Met het oog op het herinneringsvermo
gen moet de troepenopstelling zeer eenvoudig worden
aangegeven, zelfs op het gevaar af daarbij schema
tisch te werk te gaan. Trouwens dat gevaar is zoo
groot niethet terrein kent eenvoudigweg geen
schema.
Voor den brigadecommandant kan verder worden
volstaan met het aangeven van de opdracht van de
brigade en het naast hoogere verband, voor den
sectie- en compagniescommandant eveneens, al be
staat er voor deze o ff i c i e r e n geen bezwaar tegen
om ook nog het tweede hoogere verband te noemen.
Twee van de drie grondslagen voor het nemen
A.T.V. 6/2/ van het besluit zijn dan gegeven nmlde opdracht
en de tactische toestand, de derde, de terreinom
standigheden, moet uit eigen aanschouwing blijken.
Zoo kan men in enkele gevallen volstaan met
1. De vijand is in stelling bij: (slechts enkele
terreindeelen noemen).
De vijand marcheert in de richting
Desectie wordt ontwikkeld.