204 lingenhaat in China op. Vaderlandslievende en anti-Christelijke vereenigingen werden gesticht en een paleisrevolutie maakte een einde aan de Regeering van Keizer Kwang su, terwijl zijn raadgevers werden afgeslacht. Wij zullen den strijd van het Chineesche nationalisme tegen den vloedgolf van het imperialisme der Westerlingen niet op den voet volgen. In de kort daarop uitbrekende Boxeronlusten moest China het gelag betalen. Dan komt de Russisch-Japansche oorlog en doen de schitterende overwinningen der Ja panners hun terugslag op China voelen. Uit het Buitenland keert een stroom van studenten terug, die in den tijd, van You Wai naar den vreemde waren gezonden en al spoedig ontpoppen deze zich als felle propagandisten tegen het voortdringende imperialisme. De voortdurende deemoediging die China moest ondergaan wordt onduld baar. Als een gevolg van het reactionnaire optreden van de Keizerin-weduwe Tze Hsi tegenover de Reformpartij wordt in het Zuiden de Kuo Min Tang gesticht. De naam Kuo Min Tang beteekend letterlijk „het mandaat wegne men", een oude Chineesche zegswijze, waaruit het revolutionaire doel der Vereeniging die tegen het Regeerende Keizerlijke Huis in China gericht was, afdoende getypeerd wordt. Tze Hsi komt op advies van haar raadsman Yuan Shi Kai aan de wenschen der Kuo Min Tang tegemoet. Tal van hervormingen hadden plaats. Maar die hervormingen gingen den revolutionairen niet vol doende snel naar den zin. Stelselmatig werd het volk door hen tegen de Mandchoedijnastie opgezet en dat drijven heeft ten slotte de Chineesche revolutie tengevolge gehad. De Noordelijke troepen werden geslagen, maar de leider der revolutie Sun Yat Sen werd niet tot president verkozen. Yuan Shi Kai, de vroegere raadsman van de keizerin weduwe, nam het roer van het schip van staat in handen en Sun Yat Sen werd op zijde geschoven. Maar ook Yuan kwam in botsing met de Kuo Min Tang. De tweede Chineesche revolutie breekt uit in den zorner van 1913. Maar ditmaal worden de Zuide lijken geslagen en Yuan wordt voor 5 jaar tot president verkozen. Dan breekt de groote oorlog uit, maakt Japan van zijn sterke positie in Oost-Azië misbruik en probeert het definitief de mededinging in China van de Westersche Mogendheden uit te schakelen. Het stelt zijn beruchte 21 eischen, die feitelijk op een Koreaniseering van China neer kwamen. In het Noorden ontstaat als gevolg daarvan een strooming tot herstel van de oude eenheid van China onder een machtig keizer. Maar als Yuan Shi Kai naar het keizerlijk geel grijpt, breekt in December 1915 in Zuid-China een door Japan gesteunden opstand onder leiding van de Kuo r,.in Tang uit In Maart 1916 wordt Yuan gedwongen definitief van het keizerschap af te zien en kort daarna maakt de dood een einde aan zijn eerzuchtige plannen. Met Yuan Shi Kai's dood stort het Centrale Gezag in China ineen. Een tijdperk van een vrijwel voortdurenden strijd van militaire machthebbers onder ling breekt voor het ongelukkige China aan. De ruiters van de Apocalypse stormen over China en de drie rampen van China, de bandieten, de militairen en de studenten zooals het in een Chineesch spreekwoord heet, worden over China losgelaten. In dien tijd van misère en armoede luistert het proletariaat dat in de Chineesche millioenensteden bijeen hokt als een openbaring naar den lokstem van het communisme, waarvan zij alleen het beginsel van een gelijke verdeeling van de schatten der aarde vermogen op te nemen. En zoo wordt de volksziel voor de Russische communisten, de predikers van de wereld revolutie, toegankelijk. Intusschen blijft de politieke strijd tusschen Noord en Zuid en de tuchuns onderling voortwoeden. Nog altijd gaat het als in 1911, 1913 en 1915 niet alleen om de stichting van een vereenigd China, maar ook om de kwestie wie in dat vereenigd China de leiding zal hebben. Van het Zuiden zijn steeds onder vrijwel eenhoofdige leiding van Sun Yat Sen, den onvermoeibaren agita tor, de revoluties uitgegaan, eerst tegen de Mandschoeregeering, daarna vrij wel tegen iedere Peking-regeering, die een vereenigd China onder de hego- monie van Peking wilde stichten. Het Noorden was daarentegen verdeeld. In het Noorden stonden in de geschiedenis der laatste jaren Chang Tso lin en Tuan Shi Jui, als voorstanders van het monarchistisch-patriarchale systeem

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 66