Het was dus te verwachten dat ook het gaswapen bij zijn
invoering dit lot zou ondergaan. Het wekte het afgrijzen van het
geheele menschdom.
In de derde plaats hadden het volk en de troepen, die nog
niet met het nieuwe wapen in aanraking waren geweest, zich
een geheel verkeerde voorstelling van het gaswapen gevormd,
welke voortsproot uit den ingewortelden afkeer en vrees voor gif
tige stoffen. In hun gedachten was het nieuwe wapen een in het
duister aansluipende, onzichtbare vijand, waartegen verweer on
mogelijk was. Reeds twee dagen na den eersten gaswolkaanval
evenwel was de bescherming tegen het chloorgas gevonden.
Het lag evenwel niet in de bedoeling van de geallieerden om
het volk uit zijn dwaling te helpen. Door het onmiddellijk inzet
ten van een hevige campagne tegen den gasoorlog, in woord,
beeld en geschrift werd het volk, ook dat der neutralen, zooda
nig bewerkt, dat het in het hiervoren genoemde waanbegrip werd
versterkt. Daar verdediging onmogelijk geacht werd en de troe
pen er dus weerloos tegenover zouden staan, was weldra alge
meen de meening verspreid, dat het gebruik van stikgassen bij
zonder onridderlijk en weerzinwekkend was (4e reden van den
afschuw).
Voorts heeft nog een grooten invloed op de openbare meening
uitgeoefend het z. g. n. giftgasrapport van den Volkenbond. De
commissie, benoemd tot het uitbrengen van dit rapport, achtte
het haar taak aan de wereld bekend te maken de gevolgen van
de krachtigste vernietigingsmiddelen, wanneer zij zonder eenige
beperking en zonder acht te slaan op de bepalingen van volken
en oorlogsrecht zouden worden ingezet, zoowel tegen de vijan
delijke strijdmacht, als tegen de geheele burgerbevolking en de
rijkdommen en hulpbronnen van iederen aard, tot aan de uiterste
grenzen van 's vijands gebied. Uit den geheelen opzet en uit de
bewoordingen, waarin het rapport is vervat, blijkt de eenzijdige
strekking van het onderzoek meer dan duidelijk. Er kan dan ook
geen andere bedoeling aan worden toegeschreven dan de wereld
zooveel mogelijk afschuw tegen het oorlogsgeweld in te boezemen.
Geheel overeenkomstig deze strekking wordt in het rapportin
den breede uitgewijd over de gevaren en verschrikkingen van den
gasoorlog, beschrijft het uitvoerig de uitwerking der giftige stoffen
op den totaal onbeschermden mensch, doch wordt slechts met een
enkel woord de zeer afdoende verdediging ertegen besproken.
In vergelijking met andere bronnen betreffende de uitwerking
der strijdgassen, moet het rapport een eenzijdig oppervlakkig
document genoemd worden, dat geen enkel nieuw gezichtspunt
opent over den gasoorlog en dat voor de juiste beoordeeling
van het chemische wapen slechts geringe waarde bezit.
Doch in de handen der na-oorlogsche ontwapeningspropagan
disten bleek het een machtig instrument om de bevolking voor
330