(d.w z. het bepalen van de plaats van herkomst der korte golf), zeer onscherp worden, dus de straling meer een diffuus karakter heeft. Men neemt tegenwoordig algemeen aan, dat er bij indirecte voortplanting een kromming van de golfstralen optreedt, dus geen reflectie, doch een straalbreking en dat deze kromming ontstaat, doordat in de bovenste luchtlagen de diëlectrische con stante door geleidbaarheid effectief wordt verkleind, dus de voort- plantingssnelheid wordt vergroot. Een dergelijke luchtlaag zou men een zg. „Heaviside laag" kunnen noemen. De geleerde O. Heaviside nam nl. het bestaan van hooger gelegen luchtlagen aan, waarin sterke ionisatie zou optreden en daardoor de geleidbaarheid groot zou zijn. De aanname van een straalbuiging door verkleining van de diëlectrische constante tengevolge van de geleidbaarheid in de bovenste luchtlagen is niet alleen in staat de buitengewone reik wijdten der stralingsenergie, maar ook het verschil in voort planting tusschen korte en lange golven te verklaren. De diëlectriciteitsconstante in de geïoniseerde luchtlaag is afhan kelijk van de frequentie. Voor korte golven zal de diëlectrische constante een geringer afname vertoonen dan voor lange golven, waaruit volgt, dat de stralen der korte golven minder gebogen worden dan die der langere golven. Bovendien hebben bij de frequentie der lange golven de elec- tronen in den tijd tusschen twee botsingen met gasmoleculen geen tijd, deze relatief langzame slingeringen zoo te volgen, dat een verliesvrije buiging van de straal kan optreden. Uit het voorgaande volgt, dat bij lange golven de energie door te sterke straalbuiging eensdeels vroegtijdig naar de aarde terug keert, anderzijds door botsingen van ionen verloren gaat, zoodat groote reikwijdten niet mogelijk zijn, althans vergeleken bij de korte golf met dezelfde hoeveelheid energie. Proefneming met Nieuw-Guinea. Gezien de buitengewone resultaten der korte golf, welke algemeen de radioliteratuur vermeldt, werd in Maart 1926 bij de Technische Compagnie van het Bataljon Genietroepen het plan opgevat, zoo het in verband met het bestaande werkprogram mogelijk kon zijn, in dit dienstjaar nog te experimenteeren met de korte golf, teneinde de bruikbaarheid voor legerdoeleinden vast te stellen. Toen kort daarop in ultimo Maart 1926 bekend werd, dat een militair radiodetachement met een draagbaar lange-golfstation zou deelnemen aan de Nieuw-Guinea-expeditie, werd besloten dit de tachement tevens uit te rusten met een transportabel korte-golfstation van geringe capaciteit, waarmede getracht zou worden de ver- 390

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 18