wapenen stond te doceeren op een moment, dat de vijand met de klewang in de hand geen 20 schreden verwijderd was; doch slechts voor een oogenblik, want even daarna was de oude op geruimdheid weder teruggekeerd. Zoo kon men hem soms, wanneer de voorhoede een z. i. ver keerden weg was ingeslagen, plotseling zien opstuiven en, zonder zich verder iets van de geheele voorhoede aan te trekken, aan de spits van de hoofdmacht een geheel andere richting zien inslaan ook dan echter werkte de eigenaardige marschorde, met den staf als spits vooruit in de menigmaal vijandige kampongs al spoedig op zijne lachspieren, en alle drift was reeds lang ver geten, voordat de voorhoede met versnelden gang hare plaats in de nieuwe marschrichting had kunnen innemen. Diezelfde rustige onbezorgdheid kenmerkte hem trouwens overal. Werd gedurende den marsch belangrijk oponthoud ondervon den bij het doortrekken van moerassen of door het slaan van bruggen, men kon er zeker van zijn den Bevelhebber te zullen aantreffen in een nabijstaande meunasah of onder een schaduwrijken boom, en in Morpheus armen. Nauwelijks was een bivak betrokken, of alle zorgen van den dag werden voor een oogenblik vergeten en, voor men nog den tijd had gehad de bemodderde slobkousen uit te trekken, vernam men reeds in de verte het krachtig neusgeluid van den veldheer, die zich in zijnen scheepsstoel een gemakkelijk rustplaatsje had uitgezocht, in afwachting van het oogenblik dat de avondmaaltijd zou worden opgediend. Dat vermogen om overal en onder alle omstandigheden te kun nen slapen wanneer hij dit wilde, en dat hem door zijne omgeving zoozeer werd benijd, kwam den Generaal intusschen uitstekend te stade, om zich steeds spoedig te herstellen van alle doorstane vermoeienissenwant hoewel van een ijzersterk gestel en niet terugschrikkend voor zware inspanning, zijne oude wond veroor zaakte hem op warme dagen toch dikwijls pijnen, die de operatiën voor hem zwaarder maakten dan voor anderen. Maar des morgens om 4 uur, somtijds nog vroeger, kon men den Generaal altijd vinden in zijnen stoel onder het genot van een kop thee of wandelend door het bivak, waar hij een waak zaam oog liet gaan over alles en allen. Ook in zijne wijze van opereeren teekende zich de oorspronke lijke, zelfstandig denkende aanvoerder. Vergelijkt men onze vroegere expeditiën met die, welke onder zijne leiding hebben plaats gehad, dan treffen ons daarbij onmiddellijk een drietal zaken, welke aan de laatstgenoemde een kenmerkend karakter geven, nm. het on verwachte van zijne handelingen, de snelheid van zijn opereeren en zijne voorliefde voor het bedekte terrein en voor de duisternis. Als vasten regel gold bij Van Heutsz om nooit te doen, hetgeen de vijand van ons verwachtte, zelfs dan niet al moesten de ope ratiën daardoor aanmerkelijk worden verzwaard. Zooals hij ge- 376

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 4