opgeleiden officier, den z. g. gasofficier. Deze zal in geen enkel
modern georganiseerd leger, mogen ontbreken. Zijn taak is zeer
omvangrijk, zoowel in vredes-als in oorlogstijd. Door hem moeten
de troepen in den gasdienst worden opgeleid en doorloopend
geoefendbij de staven verstrekken zij deskundig advies omtrent
hoeveelheid en soort van het te gebruiken gas, de juiste momenten
van gebruik en de verdediging tegen vijandelijke gasaanvallen.
Het is voor den bevelhebber onmogelijk gebleken zijn taak naar
behooren te vervullen zonder dezen bijstand. Bij zijn toch al veel
omvattende bezigheden is het niet mogelijk op de juiste mo
menten zich van alle invloeden, die regen, wind, begroeiïng,
vorm van het terrein, bebouwde oorden, enz. op het gebruik van
het gas uitoefenen, rekenschap te geven en daarnaar te handelen.
Hij moet zich betreffende het bepalen der hiervan afhankelijke
maatregelen geheel kunnen verlaten op zijn gasofficier.
Door de invoering van het gaswapen is de uitrusting van het
leger vermeerderd, die van den man verzwaard. Niet alleen moet
thans ieder man te velde voorzien zijn van een gasmasker, doch
bij de treinen moeten groote voorraden reserve maskers en reserve
ademhalingsfilters, ontsmettingsmiddelen, zuurstofapparaten, enz.
worden medegevoerd. Zoodra daartoe gelegenheid bestaat moeten
te velde afgesloten vertrekken worden ingericht, waar ieder zijn
gasmasker kan beproeven. De soldaat moet met opgezet gasmasker
kunnen schieten, loopen, springen, graven, vechten, kortom alles
wat van hem te velde kan worden geëischt. Maar vóór alles zal
hij ter dege moeten worden geoefend in het vlug en mechanisch
opzetten van het gasmasker, zoodat hij het bij de geringste
noodzakelijkheid intuitief doet. De onvoldoende getrainde zal
onmiddellijk slachtoffer worden van de tegenwoordig gebruikte
krachtig en plotseling werkende traangassen.
Ieder soldaat zal moeten weten hoe zich te gedragen tegenover
gaswolkaanvallen, hoe zich te houden in met gas besmet terrein.
Hij zal moeten worden opgeleid in den gasalarm- en verken-
ningsdienst. Hij moet weten zijn wapens, munitie en voedsel
tegen gas te beschermen, terwijl zijn pionnieropleiding er op
gericht dient te zijn om o a. gasdichte schuilplaatsen te maken.
Met deze zeer onvolledige opsomming kan worden volstaan om
een denkbeeld te geven van den invloed, die het gaswapen heeft
gehad op de vorming van den soldaat en zijn dienst te velde.
Van belang is hier nog op te merken, dat de beste tot nog toe
gebruikte gasmaskers aan de gevechtsvaardigheid van den soldaat
eenigszins afbreuk doen door verkleining van het gezichtsveld,
vermeerdering van ademhalingsweerstand en het veroorzaken, vooral
in de tropen, van ongemakken door de warmte.
Hoewel het gaswapen, zooals we hiervoren reeds schreven,
door alle bestaande wapens, als Infanterie, Artillerie, Genie en
Cavalerie, kon worden gebruikt, zijn bovendien speciale gastroepen
noodig. Deze hebben in het bijzonder tot taak groote hoeveelheden
435