lerie aldus te laten optreden tegen onbeschaafde zoowel als be
schaafde volken.
Hoewel ook tanks zich leenen tot verspreiding van gassen zal
hierop niet nader worden ingegaan, daar het optreden van dit
wapen in de Indische terreinen met veel moeilijkheden gepaard
zal gaan.
Het gebruik van gas door de Artillerie kan daarentegen wel
algemeen, ook in onze terreinen, worden toegepast. Het gebruik
behoeft zich niet tot enkele soorten van vuurmonden en kalibers
te bepalen. Terwijl de hiervoren besproken wapens zich tot enkele
soorten van gassen moeten beperken, kan de artillerie met succes,
al naar de omstandigheden zulks eischen, van alle soorten ge
bruik maken. Dus zoowel van vluchtige, persistente en prikkel-
gassen, als van rookvormende stoffen.
Voor een groot deel zullen projectielen worden gebruikt, die
behalve de kleine springlading, noodig om het gas over een vol
doende ruimte te verspreiden, uitsluitend met gas zijn gevuld,
doch die het nadeel hebben aan den lichteren knal bij explosie
te worden herkend.
Daarnaast zullen uitsluitend z. g. brisante gasgranaten worden
verschoten. Deze ondervangen het hiervoren genoemde nadeel, en
hebben het voordeel, dat de vijand niet ongestraft zonder gas
masker kan opereeren, terwijl de explosiefwerking van deze soort
granaten niet noemenswaardig minder is dan van de gewone
brisantgranaten. Het moge hier nogmaals worden vermeld, dat de
zuivere gasgranaat nimmer de explosief granaat (w. o. ook te
verstaan de brisante gasgranaat) zal kunnen vervangen, doch alleen
als waardevolle aanvulling kan dienst doen. Ook bij de brisante
gasgranaat staat de explosiefwerking op den voorgrond. Zonder
veel afbreuk te doen aan die explosiefwerking zal de brisante gas
granaat 15 van haar volume aan gas mogen bevatten.
Ook in de granaatkartetsen zullen de kogeltjes in stoffen worden
vastgezet, die bij explosie een sterk traangas zullen verspreiden
en die dan beter aan hun doel zullen beantwoorden dan de in het
laatst van 1914 door de Duitschers gebruikte N. i. projectielen.
De fabrikatie van deze soort granaatkartetsen zal evenwel nog
meer moeilijkheden medebrengen dan de reeds gebruikte gewone
soorten, daar niet alleen de spreidingskegel, wat vorm betreft, aan
zekere eischen moet voldoen en de kogeltjes zelf een bepaalde
aanvangssnelheid moeten hebben, doch ook de stof, waarin die
kogeltjes zijn vastgezet, tot een zekeren graad van fijnheid moet
worden verstoven, zoodanig, dat het grootste deel als (coloidalen)
nevel blijft hangen.
Het behoeft geen betoog, dat gasgranaten in het algemeen, en
de traangasgranaatkartetsen in het bijzonder, ook bij ongunstige
windrichting zullen moeten worden gebruikt. Er is n. 1. geen
tenkele reden om den vijand in zoo'n voor hem gunstig geval de
515