7. BEVORDERING DER RECHTSKUNDIGE KENNIS
VAN OFFICIEREN.
In de najaarszitting van den Volksraad 1924 werd erop aan
gedrongen, dat het Legerbestuur maatregelen zou overwegen ten
einde dc rechtskundige kennis van de officieren te bevorderen.
Een der door het Legerbestuur overwogen maatregelen bestond
hierin, dat het gewenscht werd geacht over te gaan tot publicatie
van krijgsraadvonnissen, welke door het H. M. G. in belangrijke
mate werden verbeterd z. n. vergezeld van toelichtingen waarin op
de gemaakte fouten werd gewezen, waardoor een eind zou worden
gemaakt aan den ongewenschten toestand, dat slechts enkele
leden van den betrokken krijgsraad n. 1. zij die tegenwoordig
moesten zijn bij de pronunciatie en c. q. executie van het vonnis,
kennis konden nemen van bedoelde verbeteringen.
Door het Legerbestuur werd het lid van het H. M. G. de
gepensionneerde kolonel-titulair van het Indische leger R. B. M.
de Wijs aangezocht en bereid gevonden zijn medewerking tot
bedoelde publicaties te verleenen.
Overtuigd van het groote nut van dergelijke publicaties heeft
de Redactie, naar aanleiding van het desbetreffende verzoek van het
Legerbestuur, zich volgaarne bereid verklaard daarvoor de benoo-
digde plaatsruimte in het I. M. T. beschikbaar te stellen.
Zij hoopt, dat deze rubriek, waarmede in dit nummer een aan
vang wordt gemaakt, in breeden kring de belangstelling moge
verwerven, welke zij verdient en aan het beoogde doel ten volle
zal beantwoorden.
Redactie.
527
BESCHIKKING
genomen door den daartoe benoemden KRIIGSRAAD teMAGELANG
in zake den AUDITEUR MILITAIR, Eischef R. O.
Contra
M. enz. laatstelijk dienende als Adjudant Onderofficier Staf
schrijver sedert de verwijzing naar den Krijgsraad op den 30sten Maart
1927 niet in preventieve hechtenis tevoren niet in verzekerde bewaring
DE KRIJGSRAAD.
Gezien de stukken van den processe
Gehoord den Auditeur-Militair, in zijn schriftelijk gediend voorstel, daartoe
strekkende, dat de Krijgsraad zich op grond van artikel 13 van de Rechts
pleging bij de Landmacht onbevoegd zal verklaren van de onderwerpelijke