liet weldra noodig een hetere voorziening tegen traangassen toe
te passen. Er werd nu een soort bril geconstrueerd, die de ruimten
om de oogen moest afsluiten. In een langwerpig stuk waterproof
weefsel werden twee vensters van celliet aangebracht. De randen
werden van flanel voorzien om een goede afsluiting tegen de huid
te verkrijgen. Het geheel werd met banden voor de oogen bevestigd;
het bleek evenwel niet doeltreffend.
Men construeerde nu (eind 1915) een beter type. Glazen oog
vensters, gevat in weefsel of metaal, werden aan de randen be
kleed met een dikken ring van massieve rubber of van sponsachtige
rubber. De rubberrand was zoodanig aangebracht, dat zij een
luchtdichte afsluiting rondom de oogkassen vormde. Deze rubber
sponge goggles werden met elastieke banden om het hoofd be
vestigd.
De aldus verkregen bescherming voldeed heel goed in het tijd
perk, toen chloor het voornaamste strijdgas was. Bij de toepassing
evenwel van phosgeen (COCI2) als oorlogsgas, bleek dit niet meer
het geval te zijn. Men vond echter al spoedig een uitkomst in de
bevochtiging van het maskerweefsel met een oplossing van phenol
(carbol) in water, waaraan een geringe overmaat natriumhy-
droxyde was toegevoegd. Het gevormde natriumphenolaat
(C(iH5ONa) bleek in staat phosgeen te neutraliseeren. De aan
wezige overmaat natriumhydroxyde bezat het vermogen cyaan-
waterstofgas (HCN) te binden.
Het gasmaskersysteem zelf evenwel kleefde een principieele fout
aan. De door het maskerdoek ingeademde lucht n. 1. moest, na in
de longen te zijn opgenomen en weer te zijn uitgeademd, het
maskerdoek opnieuw passeeren. De rijk met koolzuur en water
damp beladen uitademingslucht reduceerde gedeeltelijk het ver
mogen van het maskerdoek om phosgeen en cyaan tegen te houden.
Er moest dus naar een doelmatiger constructie van het gas
masker gezocht worden. Deze werd gevonden in den P.- of tube-
helmet. gemaakt uit cottonflanel (dat sterker was dan gewoon
flanel), van denzelfden vorm als den hypo-helmet en voorzien van
oogglazen, gevat in een metalen geraamte. Het weefsel werd even
eens gedrenkt in een oplossing van chemicaliën in een mengsel van
glycerine en water, doch was voor den mond voorzien van een
metalen buis, waaraan een rubber ventiel was verbonden („non-
return-valve"), dat de uitademingslucht liet ontsnappen, doch het
binnendringen van buitenlucht voorkwam. De man moest door
neus of mond inademen, maar uitsluitend door de in den mond
genomen metalen buis uitademen.
Zoowel de stevige constructie als de toepassing van een uit
ademingsventiel maakten de tubehelmet tot een gasmasker van
belangrijk hoogere waarde dan den hypo-helmet.
Een ander voordeel van het nieuwe masker verdient nog even
de aandacht. Tusschen maskerdoek en gelaat bevond zich een
574