De legerafdeelingen, welke den gevraagden bijstand moesten verleenen, werden steeds ter beschikking van het burgerlijk be stuur gesteld, dit bestuur had steeds van het begin tot het einde de leiding, met de eenige beperking, dat het zooveel mogelijk rekening had te houden met het bijzondere karakter van de militaire organisatie en—voor zooveel doenlijk zich had te onthouden van bemoeienis met de technische uitvoering der verstrekte opdrachten, de militaire bevelvoerende was gehouden de van bestuurszijde gegeven opdrachten getrouw en naar de wen- schen en aanwijzingen van het bestuur te volvoeren, terwijl ten slotte als algemeene regel gold, dat niet dan op verzoek van den aanwezigen hoogsten burgerlijken gezaghebbende van de wapenen gebruik mocht worden gemaakt. Waar de wijze van optreden van legerafdeelingen in het alge meen o. m. wordt bepaald door de omstandigheden waaronder zal moeten worden geageerd, behoeft het geen betoog, dat zulks ook geldt voor het geval, dat militaire afdeelingen aangewezen zijn om ten behoeve van het burgerlijk bestuur, militairen bij stand te verleenen. Met betrekking tot het verleenen van dien bijstand moeten twee gevallen scherp worden onderscheiden nl. le. Militaire bijstand wordt ingeroepen in geval van onlusten of gevaar daarvoor. 2e. Er is geen sprake van onlusten of gevaar daarvoor, doch militaire bijstand is noodig voor politiedoeleinden. In het eerste geval hebben de legerafdeelingen, welke den bijstand moeten verleenen, tot taak, het verzet, zoodra het ver antwoordelijke burgerlijk gezag dit noodig oordeelt, te breken, door allen tegenstand neer te slaan; het leger moet in dit geval optreden als leger. Het geldt hier dus het inzetten van eene zuiver militaire actie, welke uiteraard alleen dan kans van slagen heeft als van militaire zijde wordt uitgemaakt op welke wijze die actie zal worden ge voerd, welke troepen daaraan zullen deelnemen en bovendien de leiding van die actie geheel berust bij den militairen bevel voerende. De verantwoordelijkheid voor die actie moet in verband hier mede vanzelfsprekend geheel rusten op den militairen gezag hebbende, die de leiding heeft. Wordt daarentegen militaire bijstand ingeroepen ten behoeve van politiedoeleinden, dan staat de zaak geheel anders, er is dan geen sprake van het inzetten van eenige militaire actie in den zin als hierboven bedoeld, het leger treedt in dit geval niet op als leger maar als politie. Onder deze omstandigheden zal het verantwoordelijke burgerlijk gezag moeten beoordeelen welke maatregelen zullen moeten 560

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 2