Ook langs empirischen weg kan de beoordeeling der verschil
lende springstoffen geschieden, hetgeen in de practijk geschiedt
middels slag- en stuikproeven en de z.g. proef van Trauzi.
Diagram I geeft een overzicht van de stuikproeven en de proef
van Trauzi voor verschillende springstoffen. Hierbij zij echter
opgemerkt, dat slechts zeer geringe hoeveelheden springstof
(ong. 10 gram) tot detonatie wordt gebracht met een slaghoedje
van 2 gram en dus geen rekening wordt gehouden met de
belangrijk grootere uitwerking, wanneer een initiaallading wordt
toegepast, wat o.a. tot uiting komt in het verloop van de stuik-
proef bij springgelatine.
Uit het voorgaande blijkt dus, dat de verschillende brisante
springstoffen voor legerdoeleinden alle in hun uitwerking slechts
geringe gradueele verschillen vertoonen en dus over het algemeen
gelijkelijk gewaardeerd kunnen worden.
Thans kan worden overgegaan tot een onderlinge vergelijking van
de formules, in gebruik in de verschillende legers voor het doen
van vernielingen.
A. BEREKENINGEN VAN MIJN LADINGEN.
De zeer talrijke, empirische formules, ter berekening van de
grootte van een geconcentreerde lading L in een begrensde mid
denstof, kunnen worden teruggebracht tot twee hoofdgroepen
en wel tot
die, waarbij de grootte van de lading evenredig is met de
derde macht van de uitwerkingsstraal.
In het algemeen dus
L—g. u3
waarin de z. g. ladingscoëfficient g afhankelijk is van de soort
van springstof, de vastheid van de middenstof, terwijl u in M
en L in KG wordt uitgedrukt.
Deze formules, die nog in Oostenrijk worden toegepast (spring
stof: Ecrasiet) berusten op de in 1729 door Bélidor genomen
proeven.
Betere resultaten werden echter verkregen met:
de formules, waarvan de grootte van de lading evenredig is met
de derde macht van de kortste weerstandslijn.
In het algemeen dus
L g w3 (z.g. Oude mineurregel)
waarin weer w in M en L in KG.
Deze formules, welke berusten op de in 1686 door Mesgrigny
verrichte onderzoekingen, werden in de 19e eeuw meteen kleine
wijziging ook gegeven door den Duitschen genie-officier: VON
HAUSER en den Franschen genie-officierGUILLEMAIN als
L g n3 w3 g t3 (n mijnwijzer
594