627 communisten, terwijl de Labour Council, de Farmers Union en de Labour and Farmer partij er een zeer actieve propaganda voeien. Het schijnt dat het Ministerie van Oorlog sedert het optreden van Tanaka de leiding in de Buitenlandsche politiek heeft genomen en dat het Foreign office als een aanhangsel wordt behandeld van den Oeneralen Staf. Alle leiders der politieke partijen voeren dan ook een krachtige actie tegen de aanmatigende houding van den Generalen Staf, die het recht heeft om buiten het Kabinet om voorstellen te doen aan den troon in militaire aange legenheden en daar ook gebruik van maakt. Intusschen heeft de verandering in Japan's politiek ten aanzien van China reeds een boycott-beweging van de zijde der Chineezen tengevolge gehad, die voorloopig niet gevaarlijk schijnt te zijn Vrees voor het doordringen der Zuidelijken in de Noordelijke provincie's en in Mandschoerije in het bijzonder, is de hoofdoorzaak geweest van de veranderde houding van Japan ten aanzien van China Dat Japan alles zal doen om de vrede in Mandschoerije en Mongolië met alle haar ten dienste staande middelen te handhaven, heeft Tanaka op zeer duidelijke wijze bij de sluiting der conferentie over de Chineesche politiek te kennen gegeven. Van de zijde der Nangking regeering is er op krachtige wijze tegen geprotesteerd, dat Japan zijn bijzondere positie in Mongolië en Mandschoerije, dat het als zijn invloedssfeer beschouwt, wederom naar voren tracht te brengen. In Hankou werd de beweging tegen de communisten steeds krachtiger. De uit Honan teruggekeerde legers, in het bijzonder het 8e Leger, bestaande uit Hunanneezen, de meest betrouwbare troepen van Tang Seng Chi kwamen wel dra met de communistische „Farmers and Peasants Union" die zich aan on wettige confiscatie van land had schuldig gemaakt, in heftig conflict. Daarna namen zij de communistische „Labour Union" onder handen en haar leiders vonden het maar het veiligst om zich snel uit de voeten te maken. Rooskleurig is de toestand in Hankou niet. Fengs troepen zouden thans in opmarsch zijn tegen Hankou teneinde ds Russische communistische adviseurs te verjagen. Is het bericht van den op marsch juist dan zal het Feng niet zoozeer om een verjaging van de Russen te doen zijn, dan wel om zich het bezit te verzekeren van het Hanyang-ar- senaal en de provincies Hupeh en Hunan. Zonder dit arsenaal, hangt Feng's wapen- en munitievoorziening in de lucht. Want nadat hij op de conferentie die medio Juni te Chengchow gehouden werd op duidelijke wijze te kennen heeft gegeven, dat hij zich door Hankou niet de wet wilde laten voorschrijven en na zijn verbond met Chiang Kai Shek, behoeft hij niet meer op steun van Rusland te rekenen. Doorstooten naar Peking is gevaarlijk doordat de brug over de Haong ho dusdanig is vernield, dat zij in de eerste drie maanden niet te gebruiken zal zijn, terwijl bij het doorkomen der zomerbandjirs de rivier ondoorwaadbaar wordt. Intusschen heeft generaal Oalin reeds te kennen gege ven dat hij er voor zou zorgen, dat Feng in Hankou niet veel zou vinden dat de verovering dier stad de moeite waard zou maken. Van het Hanyang arse naal zal Feng dus vermoedelijk alleen de ruïnes aantreffen. Intusschen bezitten de troepen te Hankou blijkbaar nog stootkracht genoeg om een aanslag op Nangking te wagen en heeft een groote troepenmacht onder aanvoering van Cheng Fu Kuei reeds Kiukiang bezet. Stroomopwaarts is de bedreiging van Yang Sen die op Hankou aanrukte geneutraliseerd, doordat Yang Sen door Liu Hsiang, de tupan van Szechuan in den rug bedreigd werd. Maar volgens de jongste berichten heeft Ho Chien een staatsgieep tegen de communisten uitgevoerd te Wuchang, vermoedelijk niet geheel zonder mede weten van de Hankouregeering, waarbij hij aandrong tot verzoening met Chiang Kai Shek. Deze laatste poogde van zijn kant tot overeenstemming te geraken met de Fengtien partij en Yen Hsi Shan, de tupan van Shansi, zoodat Feng ten slotte alleen in de koude zou blijven staan. Talrijke berichten maken melding van den uittocht der Russische commu nisten uit China en men krijgt den indruk dat de Russische politiek in China

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 71