bruikbaarheid dezer methoden heeft bewezen, zoowel voor
jonge recruten als voor territorialen, voor inlanders zoowel
als voor Franschen, zoowel voor in den dienst verstard be
roepskader als voor verlofskader".
In een resumé wordt het voorgaande o. a. samengevat in de aan
bevelingen:
1. Zonder uitstel dat onderwijs te beginnen, dat nutfig is voor
het gevecht.
2. Alles wat daartoe van geen direct nut is, uitstellen, tot in
latere periodes tijd vrij komt.
Zoo wordt gekomen tot een oefeningsschema (dat wij vanzelf
sprekend niet zonder meer op onze toestanden toepasselijk zou
den willen verklaren) waarbij in de 6e week de gevechtsoefeningen
met de compagnie beginnen.
Na die week geldt: „a partir de ce moment il s'agira surtout
de perfectionnement et de mise au point de résultats déja en
partie obtenus".
Wij wijzen er ten overvloede op dat de generaal Niessel deze
opleidingsmethoden niet aanbeveelt omdat korte eerste-oefentijd
daartoe dringt, zooals bijv. in Zwitserland waar die tijd 65 dagen
bedraagt, het geval zal zijn. Al wordt door hem dat voordeel even
tueel van toekomstig belang geacht, voor het Fransche leger met
een eerste oefentijd voor de infanterie van 18 maanden op het
tijdstip van uitgave van dat boekje (1921) is in de eerste plaats
zijn doel, de ontwikkeling van de persoonlijkheid voor het gevecht.
A plus forte raison geldt dit voor het Indische leger.
Meer dan de Franschman, meer dan de individualistische Hol
lander, heeft vooral de Javaan ontwikkeling van zijn persoonlijk
heid noodig. Door zijn natuurlijke volgzaamheid worden de moei
lijkheden om hem tot een zekere zelfstandigheid te brengen, ver
groot. Na gedurende een viertal maanden zich stipt te hebben
geregeld naar de commando's en orders van zijn chefs (soldaten
school, overige exercities, Zweedsche gymnastiek, schietonderwijs
enz.) blijkt bij de elementaire opleiding voor het gevecht een be
roep op zijn zelfstandigheidsgevoel, op groote moeilijkheden te
stuiten. Gedeeltelijk zijn hieraan traditioneele opleidingsmethoden,
die ten doel hebben gehad die moeilijkheden te ontgaan, niet
vreemd. Als voorbeeld vermelden wij bijv. dat ruim een jaar geleden
alle klassecommandanten van onze compagnie verplicht waren den
recruten uit het hoofd te doen leeren de verplichtingen van de
posten, de verplichtingen van den tirailleur en de schietregels.
Na deze uitweiding over gewijzigde opleidingsmethoden hervat
ten wij den draad van ons betoog en herhalen dat bij vervanging
van 3 depot-bataljons door 6 recrutenbataljons met opleidingstijd
van 16 maanden per compagnie tactische eenheden zouden worden
658