5. de droge maskers 3 uur in de formalinekamer desinfecteeren,
de maskers en zakken het binnenste buiten gekeerd; defor-
maline-ontwikkeling heeft plaats door op 100 M3 kamerinhoud
2 K.Gr. ongebluschle kalk te overgieten met 2 L. kokend
water en hieraan toe te voegen 200 c. M3 formaline 30 °/0;
6. het houtje tusschen de neusklem wegnemen;
7. de oogglazen met zeepzalf behandelen;
8. de bus aan de slang verbinden met behulp van touw.
De zorg voor het gasmaker, de theoretische kennis van de
samenstelling ervan en de wetenschap, hoe er mee te handelen
in verschillende omstandigheden, zijn niet de eenige factoren, die
het masker tot zijn recht doen komen. Bovendien moet als eisch
gesteld worden, dat de maskerdrager volkomen vertrouwd is met
het gebruik ervan. Hij moet daarin zóó goed geoefend zijn, dat
hij mechanisch het apparaat op de juiste wijze, op het juiste
oogenblik en in den kortst mogelijken tijd weet te gebruiken tot
eigen behoud. (Zoo moet bijv. het brengen van het masker uit de
afwachtingsstelling in den beschermingstoestand in 2 secunden
kunnen geschieden). Hij moet van de beschermende eigenschappen
van het masker en van zijn persoonlijk vermogen om het te ge
bruiken zoo zeer overtuigd zijn, dat hij een absoluut vertrouwen
in het apparaat bezit. Eerst dan zal het masker hem in het ge
bruik de minst mogelijke last veroorzaken en zijn moreel helpen
ophouden.
Alleen door stelselmatige oefening in het gebruik van het masker
kan dit bereikt worden.
Het zou aanbeveling verdienen den soldaat eenig begrip van
de physiologie der ademhaling bij te brengen. De mogelijkheid
hiervan zal in het algemeen uitgesloten zijn, alleen het kader zal
men de voornaamste feiten betreffende het verbrandingsproces
duidelijk kunnen maken, liefst aan de hand van eenvoudige
proeven.
Het is evenwel noodzakelijk allen, alvorens zij in het gebruik
van het gasmasker worden geoefend, het besef bij te brengen,
dat de soldaat zijn ademhalingsorganen op de meest doelmatige
wijze behoort te gebruiken en dat hij nimmer buiten adem mag
geraken. Hij moet leeren zijn lichaamsinspanning en zijn wijze
van ademen zoo te regelen, in verband met den ademweerstand
van zijn gasmasker, dat het afrukken van het apparaat om het
buiten adem zijn op te heffen, nooit kan voorkomen. Treedt een
begin van versnelde ademhaling op, dan wordt óf langzamer
gearbeid of tot den rusttoestand overgegaan, het masker wordt
echter nooit uit eigen initiatief afgenomen.
Bij de instructie in de oefening met het gasmasker is het aan
den instructeur te wijten, indien de man buiten adem geraakt.
Hij heeft er nauwlettend acht op te geven, dat de eischen aan
de ademhalingsorganen van den man gesteld, niet den grens van
679
