708 den leider der liberalen Sacasa die een tegenregeering in het leven had geroepen, steunde. En ten slotte zijn de liberalen voor de bedreiging van Coolidge dat alle strijdende partijen desnoods met geweld zouden worden ontwapend gezwicht. Voor halve maatregelen schrikt Americanisme, wanneer het vitale belangen geldt, dus niet terug. De Nicaragua affaire heeft dan ook in de Zuid-Amerikaansche Staten heel wat verontwaardiging gewekt. Ook ten aanzien van Japan is Amerika niet teruggeschrokken voor de toe passing van maatregelen, waardoor het de nationale trots van Dai Nippon diep gekrenkt heeft. De Amerikaansche uitsluitingswetten ten aanzien der immigratie van Japanners, die Amerika in 1925 na de groote aardbeving heeft doorgezet, in een tijd dat Japan economisch en financieel vleugellam was geslagen en zijn le klasse oorlogshaven Joko-Suka ernstig was beschadigd, hebben in Japan veel verbittering gewekt. Japan heeft na de afkondiging der Amerikaansche uitsluitingswetten aansluiting gezocht bij Sovjet-Rusland. De gevolgen van die toenadering zijn niet uitgebleven. In het vorige overzicht wezen wij er reeds op hoe twee Japansche districten practisch verbolsheviekt waren en zich daar door een anti-Russische strooming in de Japansche buitenlandsche politiek be gint af te teekenen. Bovendien kon van een oorlog met Amerika voorloopig in verband met den ongunstigen financieelen toestand in de naaste toekomst geen sprake zijn. Daarom leken de omstandigheden, vlak na de groote bank- faillissementen gunstig voor een goeden uitslag der conferentie. Boven alles moest een nauwere aansluiting tusschen Japan en Rusland en een verscher ping der Japansch-Amerikaansche verhoudingen worden vermeden. Ook voor Engelands omsingelingspolitiek ten aanzien van Rusland was dit een ge biedende eisch. Bovendien moest vóór alles voorkomen worden dat Amerika er in zou slagen een wig te drijven in het zich vormende eenheidsfront van Europa. Politiek moest de conferentie slagen, is zij ten slotte ook geslaagd. Maar technisch moest zij mislukken, daar anders het prestige van den Volkenbond daardoor zoo'n gevoelige klap zou hebben gekregen, dat de bond mede in verband met de mislukking van de pogingen van de voorbereidende commissie voor de ontwapening, zijn invloed grootendeels zou hebben ingeboet. Op de conferentie lief men in hoofdzaak de admiraals aan het woord, die elkander dan ook al spoedig geducht in de haren zaten en schakelde men de diplomaten uit. Uit de verklaring die Lord Cecil publiceerde in verband met zijn uittreden uit het Britsche Kabinet, is afdoende gebleken dat Engelands diplomatieke vertegenwoordiger ter conferentie hierover niet al te best te spreken is geweest. Alleen door groote diplomatieke soepelheid had Amerika ter conferentie het spel kunnen winnen. Maar wederom beheerschte het Americanisme de han delingen der Amerikaansche vertegenwoordigers ter conferentie. Amerika heeft de kansen om het doel dat het op de conferentie wilde be reiken niet voldoende overwogen, heeft niet begrepen dat men in de politiek moet streven naar een compromis en dat de methoden van een kracht-politiek in de lijn van het Americanisme tegen Europeesche Staten toegepast, op een échec moesten uitloopen. Men vraagt zich intusschen af, of het dan niet eenvoudiger zou zijn geweest, indien Japan en Engeland aan den oproep van Coolidge geen gevolg hadden gegeven. Van het verbreken van een eenheidsfront zou dan nimmer sprake kunnen zijn geweest. Maar daar stond tegenover dat men dan Amerika geheel de vrije hand zou hebben gelaten in zake aanbouw van klein materieel. In den bewapenings wedstrijd ter zee hadden Japan en Engeland een grooten voorsprong op de Unie verkregen. Van 1925 tot 1930 zullen in Engeland 82 eenheden worden aangebouwd, waarvan 9 W.-kruisers 7 B.-kruisers, 23 O.Z. ërs en 27 jagers. De Washington kruisers van 1P.000 ton bewapend met 20 c.m. geschut, zullen als W.-kruisers worden aangeduid. De kleinere kruisers met 15 c.m. geschut als B.-kruisers. Met verouderde kruisers met een snelheid van 22 mijl of minder is in deze beschouwingen geen rekening gehouden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 72