715 Het zal voor den schrijver ongetwijfeld aangenaam zijn kennis te nemen van een te verwachten besluit, waarbij opnieuw een vervanger van den der den Indischen leeraar wordt aangewezen. Ten slotte moge ditmaal de aandacht worden gevraagd voor het IJmuiden- nummer van het „Nederlandsche Zeewezen", waarin de beteekems van IJmui- den wordt uiteengezet door tal van deskundige schrijvers op verschillend gebied. Cavaleristisch Tijdschrift No. 5. Deze aflevering opent met een kort artikel van X. het verkenningsdetachement in contact", waarin, aan de hand van het Fransche Cav. Regl. 11 en het Duitsche „Führung und Gefecht" het optreden van een verkenningsdetachement (bedoeld worden de lichte brigade en de lichte troepen der divisie-groepen) tegenover sterke vijandelijke troepen wordt be handeld. De nadruk wordt erop gelegd, dat onder contact moet worden ver staan de aanraking met de vijandelijke hoofdmachten en niet die met vooi- uitgeschoven lichte troepen of kleine veiligheidsafdeelingen. De Duitsche op- vattingen zijn ten deze meer agressief dan de Fransche. Elke cavalerie-afdee- ling zeot het Duitsche voorschrift, tot de patrouille toe, moet, voor zoover de opdracht en de toestand het toelaten de vijandelijke ruiters aangrijpen. Het Fransche reglement zegt, „de taak van het verkenningsdetachement is „zien' het zoekt het gevecht niet, tenzij men hoopt gevangenen te maken, die steeds de beste bron vormen om berichten te verkrijgen. Indien de weg door den vijand is afgesloten, mag men niet aarzelen aan te vallen om zijn doel te be reiken. Als men op een overmachtigen vijand stuit, moet men zich losmaken en elders een open weg zoeken". Ten aanzien van het optreden tegen een verdedigenden vijand geeft het Fransche regl. aan: „le. Als men niet meer vooruit kan, wordt de front uitgebreidheid verkend, z.m. door om een vleugel heen te gaan. 2e. Door breede en zwak bezette opstellingen wordt hrengebroken, of wel de vijand wordt tot ontwikkeling genoodzaakt. 3e. Tegenover sterke opstellingen wordt de voeling onderhouden." Tegen marcheerende colonnes is de taak veel moeilijker. Het Duitsche voor schrift wenscht, dat de hoofden der colonnes worden gemeld, verkennen tus- schen de colonnes is niet mogelijk. Alleen op een open flank kan een ver kenning mogelijk zijn. Het bepalen van de wijze van oprukken, van den vijand, is volgens het Fransche voorschrift het voornaamste. Het verkennmgsdetache- ment zal daarom, onder het laten van patrouilles aan den vijand, geleidelijk terugwijken. Verkennen tusschen de vijandelijke colonnes en van de diepte is in het algemeen, behalve misschien 0|i de flanken, uitgesloten. Als verder voortgaan aldus onmogelijk wordt, is men genaderd tot de be paling van den omvang van 's vijands oprukken. Waar derhalve verkennings detachementen veelal een gevecht zullen moeten aangaan is toevoeging van wielrijders en infanterie met mitrailleurs en enkele kanonnen benevens pantser wagens veelal noodig. Verder dient te worden beschikt over postduiven en draadlooze telegrafie. Schr. wenscht een tweetal radiostations (te paard) per cavalerie-regiinent en per bataljon wielrijders (motorzijspan). Waar ons. Indisch leger slechts over betrekkelijk zwakke cavalerie en wemig wielrijders%eschikt zullen verkenningsdetachementen, in den geest als in het artikel vermeld, wel nimmer kunnen worden gebezigd. Onze cavalerie zal slechts te gebruiken zijn voor beveiliging, welke in zich sluit verkenning op kleine schaal, waartoe verkenningspatrouilles worden uitgezonden. Voor deze patrouilles is „zien" hoofdzaak en zal „vechten" zijn te vermijden. Cavaleristisch tijdschrift No. 6. Hierin vinden we een artikeltje van W. Het karakter der verkenningsafdeeling". Hier wordt weer gesproken over het al of niet bestaan van een verschil tusschen verkennen en beveiligen. Schr. stelt zich op het standpunt, dat beveiligen mits ruim opgevat, verkennen in zich sluit In de tweede plaats treffen we aan een in het Duitsch gesteld artikel (vreemd verschijnsel in een zuiver Nederlandsch tijdschrift) van generaal Berndt „Die Verbindungen im Kriege", waarin schr. zijne ervaringen weergeeft in den oorlog opgedaan. Achtereenvolgens worden besproken de telegraaf

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 79