werd Pajakoemboeh bereikt. Zonde, driewerf zonde! een pracht van een tribune, champagne en een koud buffet wat had men zich uitgesloofd! Maar natuurlijk zoo tegen den middag, toen er maar niets kwam opdagen en het weer er steeds slechter ging uit zien, waren de kijklustigen weer naar het op 15 K. M. afstand gelegen Pajakoemboeh teruggegaan en de officieele ontvangst viel in het water Den volgenden dag die besteed werd aan passagiers-vliegen hebben we geloof ik, een beetje van de désillusie weten weg te nemen. Iedere vliegenier voelde het als een verplichting om zooveel mogelijk Bovenlanders een kijkje te gunnen op hun mooie land en toen reeds spoedig de achtergelaten H. 126 kwam opdagen en daarna de beide Fokkers verschenen, was men al weer ruim schoots tevreden. En de tevredenheid van een publiek, dat rechtstreeks en in direct medegewerkt heeft aan het verschaffen van een keurig vliegveld, mochten we heusch wel zoeken. Het veld van Piobang is ruim, vlak en droog, biedt alle gelegenheid tot latere uitbreiding en behalve een stukje modderweg van 1 K. M. heeft het een goede verbinding met de stad. Geen klachten! De Fokkers, die omstreeks 12 uur landden, hadden een moei lijken tocht achter den rug. Slecht weer en minder juist werkende kompassen bemoeilijkten de orienteering en het was niet te verwon deren, dat zij vrij lang 5 uur over het traject LahatPajakoem boeh gedaan hadden. Den 4en vertrokken wij via Taloek-Koeali, waar benzine bijgevuld werd, naar Lahat en den volgenden dag, om half twee, kwamen wij te Andir aan. De Fokkers, die het geheele stuk Pajakoemboeh—Andir, met een tusschenlanding te Lahat in één dag aflegden, arriveerden omstreeks half zes; zij hadden er 91 /2 uur over gevlogen. C. C. K. 875

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 63